405 hoed en z.g. „abarkas" als voetbekleeding, een soort sandaal overeenkomstig de nationale dracht. Deze abarka voldeed allerminst in het oerwoud en werd vervangen door een rijglaars, welke zeer in den smaak viel. Tot de uitrusting behoorde voorts een ransel, een deken, een stuk zeildoek, een klamboe en een ligzak. Deze laatste was van stevig linnen en bleek zeer practisch; vóór het gebruik werd hij opgevuld met gras of bladeren, leeg woog hij bijna niets. De ransel werd zeer spoedig vervangen door een rugzak of groote broodzak. Vaak werd het zeildoek als wikkellap gebruikt en naar 's lands wijs op den rug meegedragen. Aan kleeding werd verder beschikt over 2 hemden met korte mouwen, 2 korte onderbroeken en 1 handdoek. De meest uiteenloopende veldflesschen werden gebruikt, ten slotte zeer primitieve, uit blik vervaardigde; het was een zeer belangrijk uitrustingstuk. De man beschikte niet over eenig kookgerei, hoogstens over een blikken bord, dat nog veelal vervangen was door een of ander conserven-blikje met hengsel. Opvoer van water en bereid eten was daardoor steeds noodig, hetgeen ge schiedde in onze bekende petroleumblikken (sie war das unentbehrlichste Stück jeder Gruppe). Veldkeukens ontbraken geheel. Er werd in groote verplaatsbare ketels gekookt. De starheid van dit systeem en de gewoonte om 2 warme en 1 broodmaaltijd te verstrekken, bemoeilijkte de verpleging in hooge mate. Paarden-tractie ontbrak ten eenenmale; elk bataljon beschikte over 1 a 2 anderhalf-tons vrachtauto's, hetgeen voldoende was voor het vervoer gedurende de verstarde gevechtsperioden; bij verplaatsingen en bewegings gevechten werden echter vaak groote moeilijkheden ondervonden. Daar Bolivia over olieterreinen beschikt, werden met de bedrijfsstoffen geen moeilijkheden ondervonden. De Paraguay'sche soldaat droeg een uniform van blauw-grijs linnen, bestaande uit een hemd en broek, een soort zeilers-petje en rijgschoenen met lange slappe beenstukken, die van de enkel reikten tot halverwege de dij en die in het bosch goed voldeden. Over ondergoed werd niet beschikt, de ver dere uitrusting bestond uit deken, broodzak en veldflesch. De voorziening met petroleum-blikken, keuken- en eetgerei was ongeveer dezelfde als aan Boliviaansche zijde. Het aantal ingedeelde vrachtwagens was echter belangrijk kleiner. Tot dusver is de strijd met wisselend succes gevoerd. L. Geneeskundige Dienst, enz. Militair Geneeskundig Tijdschrift, 24e jaargang No. 1., October 1934. Na een periode van 15 jaren (het Militair Geneeskundig Tijdschrift ver scheen voor het eerst in 1897, terwijl de uitgave werd gestaakt in 1919) is dit tijdschrift in Holland herleefd en verschijnt thans weer als orgaan van de Militair Geneeskundige Vereeniging en als een uiting van de grootere belangstelling voor den militairen geneeskundigen dienst, ook van de zijde der reserve-officieren van gezondheid. Het blad zal driemaandelijks ver schijnen. In een voorwoord van de redactie wordt o.a. het volgende medegedeeld „Het is een gelukkig teeken des tijds, dat de belangstelling voor den „Militairen Geneeskundigen Dienst belangrijk is toegenomen. De omstandig- „heden, die hiertoe hebben bijgedragen zijn wel in de eerste plaats deze, dat „het leger hoe langer hoe meer in het volk gaat wortelen, zoodat ook de „burgergeneesheeren, die als reserve officier van gezondheid aan de Kon. „Landmacht verbonden zijn zich hun militaire taak meer bewust worden. „Er valt dan ook niet aan te twijfelen, dat de Militair Geneeskundige Dienst „zeer bijzondere eischen aan den „dokter" stelt. De taak, die een officier „van gezondheid in oorlogstijd wacht verschilt in vele opzichten van die, „welke hij hetzij als specialist, hetzij als algemeen practicus bij de burger-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 137