de cultureele film een krachtig tegengif voor communistische en extremistische tendenzen\ Dienstbaar voor ontwikkeling en op voeding in al haar schakeeringen, kan derhalve de film een factor vormen, die het nuttig effect van deze functiën zal kunnen opvoe ren in een mate als thans onmogelijk op juiste wijze kan worden geschat. Zeer zeker zal ook de film een krachtig hulpmiddel kunnen vormen bij de opleiding van het leger voor zijn taak in tijd van vrede en in tijd van oorlog. Alvorens de beteekenis en het gebruik van films ten behoeve van de opleiding in het leger nader in beschouwing te nemen, moge vooraf een kort overzicht worden gegeven van de geschiedenis van de film in het algemeen en van de voorgangster en gezellin van de militaire instructiefilm, de leer- of onderwijsfilm in het bijzonder, alsmede een korte verhan deling over eenige technische bijzonderheden de cinematografie betreffende. I. Geschiedenis van de film. Bioscoopfilm propagandafilm, amateursfilm. Het projecteeren van snel achtereen opgenomen fotografische beelden waardoor men een indruk krijgt van een bewegende fotografie, dateert van het einde der negentiende eeuw (1895). De eerste jaren van haar bestaan was de film in handen van kermisexploitanten, zoodat de inhoud berekend was op de smaak van het kermisbezoekend publiek. De factor sensatie speel de in den inhoud een groote rol. Moordgeschiedenissen, baldadig heden, dronkemanstooneelen en huisvredebreuk waren schering en inslag. Nadat de film reeds jaren in handen was gekomen van beschaafde exploitanten, bleef de factor sensatie in den inhoud van de film een voorname plaats innemen. Geen wonder, dat een groot deel van het publiek zich afkeerig toonde van bioscoop en bioscoopbezoek, te meer, daar deze in het donker vertoonde sen satieverhalen niet nalieten een verderflijken invloed op de jeugd uit te oefenen. Als een reactie op de sensationeele film werden in 1907 en volgende jaren in verscheidene landen in Europa vereenigingen opgericht voor z.g. Kinoreform. Deze vereenigingen stelden zich ten doel invloed uit te oefenen op den inhoud der films, teneinde de film in dienst te stellen van kunst, wetenschap en beschaving. Om meer invloed te kunnen uitoefenen, had een internationale samenwerking plaats. Aanvankelijk waren de filmproducenten al heel weinig geneigd om aan het streven dezer vereenigingen tegemoet te komen. Zij toch beschouwden deze aangelegenheid van een zuiver zakelijk standpunt. Wat vertoond werd, was voor hen bijzaak. Hoofdzaak 421

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 13