wel overal gebleken, dat aan het gebruik van „grondmitrailleurs" ■op vliegtuigen groote bezwaren zijn verbonden, o.a.: Ie. te veel vuurstoringen (welke in de lucht moeilijk of niet zijn op te heffen); :2e. te veel luchtweerstand doordat zij te groote oppervlakken bieden; 3e. te zwaar. Het resultaat is, dat een speciaal geconstrueerde vliegtuig mitrailleur als dubbelmitrailleur op het vliegtuig gemonteerd kan worden en dan gemakkelijker te behandelen is dan één grond- mitrailleur. Op deze wijze wordt de vuurdichtheid dus 2 X zoo .groot. Men zal dus goed doen zich niet uit een oogpunt van eenheid van materieel en munitie blind te staren op het voordeel van liet gebruik van dezelfde mitrailleurs op den grond als in het vliegtuig. Het gevolg zal zijn dat men de vliegtuigen, die in de toekomstige oorlogen toch de spits zullen moeten afbijten en van wier hand having in de lucht het succes van het gevecht van de grondtroepen toch voor een groot deel afhankelijk is, met minderwaardig mate rieel uitgerust, of in ieder geval met minder goed materieel dan verkrijgbaar is en dan met de belangrijkheid van hun taak overeen komt. Hetzelfde geldt natuurlijk, en lang niet in de laatste plaats, voor het vliegtuigmaterieel. Het beste is daarvoor nog niet goed genoeg en het zou een groote fout zijn om zich daarbij door idieele of financieele overwegingen te laten verleiden tot het aanschaffen van minder goed materieel. 2e Karakteristiek. Het vuur in de lucht zal in het ■algemeen slecht gericht zijn tengevolge van de geringe stabiliteit van de vliegtuigen en de weinige stugheid van de affuiten. Het luchtgevecht is een combinatie van manoeuvre en vuur. Hoe lich ter en bewegelijker het vliegtuig is, hoe meer het de manoeuvre zal gebruiken om zijn vuuruitwerking te vergrooten. Het zware vliegtuig kan slechts zijn vuur gebruiken. De stabiliteit van het wapen gedurende het vuur hangt dus geheel af van het type vliegtuig. Zoo zal het vuur met den beweegbaren mitrailleur van een tweezits jager heel wat slechter gericht zijn dan dat van een tweezits verkenner en nog veel slechter dan dat van een zwaren bommenwerper. Wanneer het wapen onbewegelijk op het vliegtuig bevestigd is (bij het schieten vooruit evenwijdig aan de lengteas van het vlieg tuig) is de onnauwkeurigheid van het vuur te wijten aan kleine bewegingen van het vliegtuig ten opzichte van de koerslijn, welke veroorzaakt worden door den bestuurder of door remous, en welke fouten veroorzaken welke grooter worden met den schootsafstand; daar staat tegenover dat de onbewegelijke bevestiging den terug- -470

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 62