499 10. UIT DE VAKTIJDSCHRIFTEN. Tactiek. Militar Wochenblatt No. 25, Welches ist die Hauptwaffe der Gegenwart door Oberst a. D. Immanuel. Naast de 3 wapens, de infanterie, cavalerie en artillerie hebben zich na den wereldoorlog het luchtwapen en het tankwapen gevoegd. Aan de beschou wing, waaraan Schr. elk van deze wapens onderwerpt ontleenen wil het volgende: De gevechtsvoorschriften welke in gebruik waren in het Duitsche leger bij den aanvang van den wereldoorlog vermeldden: „Die Infanterie ist die Hauptwaffe. Im Verein mit der Artillerie kampft sie durch ihr Feuer den Gegner nieder. Sie allein bricht seinen letzten Widerstand. Sie tragt die Hauptlast des Kampfes und bringt die gröszten Opfer. Dafür winkt ihr auch der höchste Hum." Zoowel in den bewegings- als in den stellingoorlog werd dit beginsel bevestigd, steeds was het de infanterie, die ten slotte in 's vijands stellingen binnendrong, den vijand uit de eigen opstellingen wierp en verloren stellin gen door tegenstooten en tegenaanvallen wist te herwinnen. De meening, dat men den tegenstander met artillerievuur, aangevuld door het vuur der mynenwerpers en het vuur uit vliegtuigen, uit zijn stellingen kon „heraus- schieszen werd slechts enkele malen bewezen onder bepaalde omstandig heden in de practijk uitvoerbaar te zijn. De strijdwagen alleen bracht geen beslissing van den aanval. De stelling was eerst dan in het bezit van een der partijen indien de infanterie haar had veroverd en bezet. „Hieran hat sich jetzt und wohl auch für die Zukunft nichts geandert." Het Fransche reglement van 1928 beschouwt den vuurstrijd als de hoofdtaak van de mfie. en neemt het beginsel aan, dat de bestrijding van den tegen stander alleen dan een succes oplevert, wanneer de infanterie in nauw ver band optreedt met haar hulpwapens. Het Fransche bataljon is dan ook in ruime mate uitgerust met automatische wapens en andere technische hulp krachten, zoo zelfs dat men vreest dat dit ten koste zal gaan van de beweging, vooral indien aan het bataljon worden toegevoegd een afdeeling „laK en „Flak (Tankabwehr und Flugzeugabwehrkanonen) en een afdee ling anti-tankmitrailleurs. De cavalerie wordt meer en meer door de motoriseering verdrongen. Het paard zal in zwaar terrein echter zijn waarde blijven behouden. Er bestaat verschil van meening over de vraag of de groote cavalerie-verbanden geheel uit bereden troepen moeten blijven bestaan dan wel of zij uit bereden en gemotoriseerde afdeelingen moeten zijn samengesteld. Wanneer de ruiterij haar bestaansrecht wil handhaven zal haar beweeglijkheid in het terrein de specifieke eigenschap van de cavalerie moeten blijven. In hoeverre zij door „Begieitwaffen (artillerie met paarden- of motortractie, infie. op motor voertuigen, motorrijders, pantserwagens) versterkt moet worden, zal af hangen van de beoordeeling der factoren „beweging" en „gevechtskracht". He artillerie heeft zich veelzijdig ontwikkeld. Voor zelfbescherming zijn aan de batterijen toebedeeld: mitrailleurs, „Tak"- en „Flak"- geschut, enz. Het mfie.- „Begleit geschut volgt de infie. in de voorste lijn. Het veld geschut, de veldhouwitsers, de mortieren strijden in nauwe verbinding met de mtanterie, voor wie zij den weg vrij maken. Maarschalk Pétain noemde de artillerie het beslissende wapen van de toekomst". Deze meening moet volgens bchr. in dien zinworden opgevat, dat zij zoowel bij de voorbereiding van den aanval als bij het geven van steun in de verdediging nog inniger dan vroeger moet samenwerken met de troepen te voet. „Die Fustztruppen würden o. ""re der Artillerie verbluten, andererseits kann die Artillerie allein einen von sittlichem Halt getragenen Gegner nicht überwinden. Allerdings das Schicksal der Schlacht wird durch die Artillerie bedingt. Sie sciht aas tuszvolk erntet. Beide sind untrennbar aneinander gefesselt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 91