628 looze geneesmiddelen kunnen fataal werken. Het voornaamste en onontbeer lijke uitgangspunt van de geheele behandeling is een totale en blijvende immo- bilisatie. Daarbij komt dan het ruim openen van infectiehaarden, het verwijde ren van vreemde lichamen, het zorgdragen voor den afvloed van het wondse- creet en het opruimen der „cavités closes". Gaat het om schotfracturen, dan mogen alleen die fragmenten worden verwijderd die geen ook maar eenig verband hebben met de spieren of het periost (kans op pseudarthrosevorming) Manipulaties als uitdrukking, wrijven, irigeeren en dergelijke zijn ontoelaat baar. Drains zijn ten slotte niets anders dan vreemde lichamen, die de won den irriteeren. Slechts mogen zij tijdelijk worden geduld in die gevallen, dat op geen andere wijze de afvloed van het wondsecreet kan worden ver zekerd. De wonden dienen verder open te worden behandeld. Een der groote voordeelen daarbij is, dat constant controle mogelijk is. De chemische sterilisatie van wonden is begonnen met Lister. Sindsdien wordt steeds weer getracht nieuwe desinfecteerende middelen te maken of de oude te verbeteren. De hypertonische oplossingen volgens Wright en de vloeistof van Carrel-Dakin geven nog de beste resultaten. Vermelding verdient de opvatting, dat hij den weerstand tegen streptococ- ceninfecties wellicht ook het ras een rol speelt. Onder de gewonde Belgische soldaten werden tijdens den wereldoorlog 19 onder de Engelschen daaren tegen 56 complicaties door streptococceninfectie waargenomen. Ingelsheim legt hier verband met het veelvuldig voorkomen van ernstige vormen van roodvonk in Engeland. Zooals bekend werd tijdens den oorlog slechts de passieve tetanusprophy- laxis toegepast. De passieve immuniteit verkregen na een seruminjectie duurt echter hoogstens 9-16 dagen. Eerst na den oorlog zijn de proeven begonnen met de actieve tetanusimmunisatie. In 1932 heeft men deze actieve immunisatie toegepast bij 1300 man van het garnizoen te Varsovie. Een duidelijke verhooging van het antitoxinenge- halte van het bloedserum werd geconstateerd. Sindsdien zijn 2 jaar ver- loopen; gevallen van tetanus werden niet waargenomen terwijl bij velen nog steeds de aanwezigheid van antitoxinen in het bloed werd geconstateerd (meer naukeurige gegevens worden over dit experiment niet gegeven). Het artikel, dat zeer lezenswaard is en waaruit hier slechts enkele grepen konden worden gedaan, eindigt met de volgende conclusies 1. De door de Fransche chirurgie geïntroduceerde primaire wondexci- sie heeft het percentage wondinfecties belangrijk verminderd. De uitvoering van den ingreep hangt ten nauwste samen met het vraagstuk van het tran sport en de evacuatie der gewonden. 2. De chemische middelen zijn niet in staat merkbaar effect uit te oefe nen op de inflammatoire processen. Onder deze middelen bewijzen slechts de hypertonische oplossingen, evenals de vloeistof van Dakin goede diensten bij het gasgangreen. 3. De behandeling der schotfracturen vormt een speciaal vraagstuk der oorlogsinfecties. Men streve naar de oprichting van speciale centra voor de behandeling van fracturen. De stichting van „höpitaux d'accidents" in tijd van vrede geeft een goede gelegenheid aan de medici zich voor te bereiden op hun oorlogstaak. 4. Een constante immobilisatie en een snelle doeltreffende chirurgische behandeling vormen de belangrijke middelen, die het organisme in zijn strijd tegen de wondinfecties ondersteunen, resp. deze voorkomen. Alle an dere middelen komen op het tweede plan. 5. In de vaccinatie met tetanusanatoxine heeft men het middel gevonden voor een actieve immunisatie tegen tetanus. Indications et contre-indications du transport par avion dans les affections chirurgicales de 1'abdomen, du thorax et du crane. In Archives Medicates Beiges, 88e Année No. 3, Maart 1935, wordt omtrent deze verhandeling van Dr. J. Leduc, die op een ervaring van 187 gevallen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 110