laag te leggen, waarbij groote kans bestaat, dat de bende ons eer
der in de gaten krijgt; als regel heeft het geen zin om op zulk een
bericht onmiddellijk te reageeren, aangezien verrassing der bende
.gewoonlijk is uitgesloten; uitgerukt wordt dan op een zoodanig
tijdstip, dat de patrouille bij het aanbreken van den dag in het
terrein is, waar de djahats het laatst gezien waren, ten einde hun
sporen te pakken te krijgenopgemerkt wordt, dat in zulk een
geval den berichtgever (s) wordt opgedragen de bende gedurende
<den verderen nacht te volgen om te weten te komen, waar zij
bij het aanbreken van den dag het laatst gezien is of waar zij het
bosch in is verdwenen).
In de gevallen a en b wordt de vijand verrast, zoodat succes
niet kan uitblijven wordt de vijand 's nachts niet verrast, dan
is succes als regel uitgesloten.
Kolonel Snell nu wil een treffen met den vijand gedurende den
nacht vermijden, indien deze niet kan worden verrastde troepen
worden dus bij een zich bewegende bende gedurende den
nacht verplaatst, om bij het aanbreken van den dag het contact
middels sporen op te nemen. Het is immers niet aan te nemen,
dat indien een bende djahats ergens in rust is, hetzij in een
woning, hetzij in een kampong of in het terrein, Kolonel Snell
niet zal trachten deze bende te verrassen door zoo spoedig moge
lijk uit te rukken, omdat het immers niet zeker is, hoe lang de
bende op de aangeduide plaats zal verblijven. Bij een zich be-
wegenden vijand bestaat zooals boven gezegd groote kans
dat de bende ons eerder in de gaten krijgt en ons dan een nachte
lijken klewangaanval bereidt, welke aan minder geoefende troepen
een flinken moreelen klap kan toe brengen.
De Generaal-Majoor-titulair Behrens wenscht, zoo de berichten
daartoe aanleiding geven, ook 's nachts een ontmoeting met den
vijand, hetgeen geheel in overeenstemming is met het voren
staande. Een nachtelijk uitrukken op ieder bericht, dus ook op
een in beweging zijnden vijand, is alleen aan te bevelen gedu
rende de periode, dat 's vijands moreel door behaalde successen
zeer hoog is, hij zich 's nachts in de kampongs ophoudt en de
wegen en paden gebruikt en ons moreel naar beneden dreigt te
gaan doch dan moet men over patrouillecommandanten met een
hoog moreel beschikken, want anders bereikt men ermee, dat
bij een nachtelijken klewangaanval op onze troepen, deze een
moreele inzinking krijgen, die zij niet licht te boven komen.
3. Ik hoop met het vorenstaande duidelijk genoeg te hebben
aangetoond, dat op het gebied van nachtelijke acties oogenschijn-
lijk geen algeheele overeenstemming tusschen den Kolonel Snell
en den Generaal-Majoor-tit. Behrens heeft bestaan, doch dat in
wezen beide officieren ieder voor zich het oog hebben gehad op
nachtelijke ondernemingen onder bepaalde omstandighedenik
meen dan ook dat voor normale gevallen het vorenstaande onze
571