ondergaan, werden overgenomen door de Algemeene Vergade
ringen van de in de jaren 1928 en 1930, respectievelijk te 's-
Gravenhage en te Brussel gehouden XHIe en XlVe Internatio
nale Roode Kruis Conferentie,1) waarbij ook Nederland officieel
was vertegenwoordigd, Zij luiden
„Het identiteitsplaatje moet bestaan uit een onbrandbare stof,
welke resistent is ten opzichte van de producten, optredende bij
de lij kontbinding. Het moet 2 mm dikte (maximaal) en bij voor
keur een ovalen vorm (40 X 50 mm) hebben en volgens de kleine
as te scheiden zijn in twee deelen van gelijke oppervlakte.
De helft, welke dienst doet bij de ophanging om den hals bevat
twee openingen nabij het einde, terwijl de afbreekbare helft er
slechts èèn bezit.
Het plaatje zal om den hals worden opgehangen door middel
van een „koord", bestaande uit metaaldraadjes met een over-
trekje van gevlochten, bruine wol.
De inschriften, die met hoofdletters in het materiaal worden
gegrift, bij beide helften identiek, zullen aan de eene zijde de
persoonlijke identiteitskenmerken, n.l.:
a. de familienaam,
b. de eerste voornaam en de initialen der volgende voornamen,
c. de godsdienst (verkort aangegeven),
aan de andere zijde de militaire identiteitskenmerken behelzen
a. het stamboeknummer,
b. het jaar der werving of het geboortejaar of de woon
plaats, enz."
Het identiteitsplaatje, dat aan de in bovenstaande resolutie
vastgelegde gegevens beantwoordt, beteekent een belangrijke
vooruitgang ten aanzien van zijn doelmatigheid. Nochtans is hier
mede de studie over dit onderwerp geenszins afgesloten.
Eenerzijds bepalen immers de resolutiën er zich slechts toe,
meer in het algemeen richtsnoeren aan te gevenhet plaatje
moet onbrandbaar zijn en bestand tegen zekere chemische in
werking, zonder zich over de keuze van een bepaald materiaal
nader uit te spreken, anderzijds bleek inmiddels, dat zij op meer
dere plaatsen aanvechtbaar waren en noodzakelijk deels gewijzigd,
deels opnieuw geredigeerd en aangevuld dienden te worden.
Zeer belangrijk werk is bij het verdere onderzoek naar het
meest geschikte identiteitsplaatje verricht door den Colonel J.
Thomann, chef-apotheker van het Zwitsersche Leger en Voor
zitter van bovengenoemde commissie voor de standaardisatie van
geneeskundige materieel. 2)
596
Zie de verslagen van de Séances plénières van deze Conferenties,
uitgegeven door het Comité International de la Croix-Rouge te Genève.
2„Revue internationale de la Croix-Rouge" van November 1932, No.
167 bldz. 947 „Recherches entreprises sur les plaques d'identité et le cordon
de suspension." en van October 1933, No. 178, blz. 844.