603
9. EEN SENTENTIE EN EEN BESCHIKKING VAN HET H. M. G.
SENTENTIE
in de zaak aanhangig voor het Hoog Militair
Gerechtshof van Nederlandsch-Indië,
tusschen
den Auditeur-Militair bij den Krijgsraad te Padang,
ratione officii, appèllant,
en
T., algemeen stamboeknummeroud 27 jaren
geboren teManadoneesch fuselier van bet
3e Garnizoens Bataljon van Atjeh en Onderhoo-
ngheden, detachement tein voorloopig
arrest van 22 November 1933 tot en met 11 Decem
ber 1933, beklaagde appèllant tevens geappel
leerde.
HET HOOG MILITAIR GERECHTSHOF VAN NEDERLANDSCH-INDIË.
Gezien het vonnis van den Krijgsraad te Padang, gewezen op 26 Januari
1935 en uitgesproken op 2 Februari d.a.v., waarvan appèl, bij welk vonnis
kWd6^^ t-?.lastegfleSde wettig en overtuigend bewezen is ver
jaard, beklaagde te dier zake is schuldig verklaard aan het misdrijf: „feite
lijke insubordinatie en deswege veroordeeld tot gevangenisstraf voor den
vier maanden, met bepaling, dat de tijd door beklaagde vóór den
dag waarop dit vonnis m kracht van gewijsde zal zijn gegaan, voorloopig in
kend bewarmg doorgebracht, hem geheel als straf zal worden toegere-
rlo?e«-et-0P dejZJ°°D0] d°°r den beklaaSde als door den Auditeur-Militair bij
den Krijgsraad te Padang op 12 Februari 1935, dus tijdig, gedane aanteekenin^
van hooger beroep van dat vonnis; aantekening
Medf gelet °P de telegrafische oproeping van beklaagde om ter 's Hofs
terechtzitting te verschijnen; s
Gehoord den door den plv. Advocaat-Fiscaal voor de Land- en Zeemacht
in Nederlandsch-Indie, Meester M. genomen en daarna schriftelijk overgeleg-
den eisch in appel dd. 29 Maart 1935, daartoe strekkende: overgeleg
H°og Militair Gerechtshof van Nederlandsch-Indië, met ontvangst
Itraf 3 vonms a <Iuo zal vernietigen ten aanzien van de opgelegde
(ten?lbklaagdeuterZfin h6t V°nnis Vermeld zal veroordeelen tot gevan
genisstraf yoor den duur van zes maanden;
het vonnis a quo voor het overige zal bevestigen;
Nog gezien de stukken;
denV^!getndG' dat beklaagde het verzoek ^eft gedaan, om in persoon voor
zfttW fn ,verschlJ^en' zoodat hij is opgeroepen om ter terecht-
zitting aanwezig te zijn en aldaar is verschenen;