loopen of deze zou aanraken. Zelf moet hij zich bv. op 5 meter
afstand van deze lijnen bevinden.
13. De leider verwijdert vervolgens het wipplankje en brengt
den detonator bij de middelste handgranaat in, die daartoe met
den onderschokker naar boven in den bundel was geplaatst. Dit
plaatsen moet op de voorzichtige wijze geschieden als hiervoren
werd aangegeven. Hij let daarbij op, dat de ligging van de nok over
eenkomt met de uitsnijding van den bajonetring.
14. Na het plaatsen van den detonator zet of legt men op den
uitstekenden bodem hiervan een stukje hout, om te zorgen, dat
straks het wipplankje den detonator onder het achtervlak van
de handgranaat drukt, dus nog in de kegelvormige holte van den
bodem, (zie fig. la). Men moet voor dit tusschenstukje geen
zwaar voorwerp gebruiken, daar anders de veer in het buisje te
veel wordt belast en de detonator dus naar binnen zou worden
gedrukt.
15. Vervolgens wordt het wipje herplaatst in den stand als in
punt 10 werd aangegeven.
16. Nu wordt de lus van de aftreklijn van het eerste piketje
losgemaakt en de leider begeeft zich naar den post bij de schuil
plaats, zorgende de beide lijnen ruimschoots vrij te laten.
17. Bij den post gekomen laat hij deze zich eveneens dekken
en nu trekt hij aan de veiligheidslijn het veiligheidsplankje weg.
18. Is dit geschied, dan wordt de aftreklijn van het piketje bij
de schuilplaats door den leider losgemaakt.
19. De leider overtuigt zich, dat niemand ongedekt is. Men
denke ook aan eventueele springstukken (bv. ijzer) van het te ver
nielen voorwerp. Hij begeeft zich vervolgens ook naar de schuil
plaats en trekt aan de aftreklijn de halve veiligheidspen los. De
werking is zonder naderen uitleg duidelijk. Men zie slechts naar
de figuur lb.
20. Mocht weigering optreden, dan wordt de proef herhaald,
met dien verstande, dat de reeds geplaatste detonator blijft zitten
(men rake hem niet aan) en in de andere handgranaat zonder
veiligheidsband en veiligheidspen (zie punt 1) een nieuwen de
tonator geplaatst wordt. Het zal dan wellicht ook noodig zijn
de opstelling van veiligheidsplankje en wipplankje alsmede die
van de hangende handgranaat eenigszins te wijzigen. De bundel
handgranaten late men evenwel op haar plaats. Neemt men het
wipplankje niet te zwaar en voert men alles uit als hier werd
aangegeven, dan zal weigering slechts zelden voorkomen.
Wellicht zullen sommigen de veiligheidsmaatregelen omslachtig
vinden. Men worde er evenwel aan herinnerd, dat een klein foutje,
bv. van een ander, ontzettende gevolgen kan hebben; er zij dus
op gewezen, dat bij dergelijk werk de uiterste orde en tucht worde
667