de aanval vastgesteld. Blijkbaar was de vijand gewaarschuwd,
want om 12 uur ontketende hij een geweldig tegenvoorbereidings-
vuur, dat 2 uur duurde. Men heeft zich zulk een vuur voor te
stellen van een dichtheid, zooals wij die in onze verbanden nim
mer kunnen bereiken, nog minder gedurende eenigen tijd vol
houden.
Van de bataljons, die aan den aanval deelnamen, vertelt de
geschiedenis, dat zich het 60e B. C. P. (bat. jagers) om 13 uur
in beweging stelde, enthousiast om zijn uitgangsstelling te be
reiken. Het vijandelijke vuur doorschrijdende had het slechts
4 dooden en 12 gewonden. Het eenige ongerief was, dat zonder
uitzondering alle telefoonverbindingen doorschoten waren.
Dit voorbeeld is weer een ander uiterste, dat we evenmin als
grondslag mogen kiezen voor het opstellen van regels. Toch lijkt
het ons wel wat boud, dat punt 62 spreekt van ondoorschrijdbaar
ai tillerievuur. De oorzaak, dat afsluitingsvuur wel doorschrijdbaar
is en het neutraliseerend vuur, dienende om den aanval te steunen
en dat toch dezelfde dichtheid heeft, den verdediger dwingt zich
te dekken, moet daarin worden gezocht, dat de verdediger,
zoolang dit vuur duurt, er aan blijft blootgesteld en de aanvaller
het dichtste gedeelte van het vuur in een fractie van een minuut
passeert. Een heel ander geval wordt het, als het afsluitingsvuur
niet wordt afgegeven als een star voorbereid vuur, doch batterijs-
gewijze1) met waarneming op de aanvallende troepen wordt
gehouden. Dan wordt de uitwerking uiteraard veel grooter, en
met veel minder munitie. Het zal echter zelden'mo
gelijk zijn, alleen wanneer over hooge waarnemingspunten wordt
beschikt (bergterrein)
Daarom adviseeren wij voor „ondoorschrijdbaar" te lezen
„moeilijk doorschrijdbaar".
Om nog even door te gaan op het onderwerp „uitwerking" zij
opgemerkt, dat punt 61 a spreekt over vernietiging. Het zegt
„Deze uitwerking eischt veelal een zeer groot munitieverbruik en
in kort tijdsverloop, en hoewel zij groot voordeel geeft, zal men
haar dikwijls met het oog op de beschikbare munitie niet kunnen
bereiken".
Al beschikte men wel over de noodige munitie, dan zou ze
toch niet te verkrijgen zijn, omdat de hoeveelheid materieel ont-
en schoten dus niet in het gewenschte tijdsverloop
waren af te geven. Het slot zou dus moeten luiden„met het oog
„Batterijsgewijze" beteekent niet „met één batterij" en ook niet „om
beurten maar alleen dat iedere B.C. voor zijn batterij de vuurgegevens
commandeert, het juiste moment van eiken vuurstoot bepaalt en de ligging
Ilechï deX'len aan"111' C°rrigeert De ^eelmgscommandant wijst
803