1. DE WISSELING VAN HET LEGERCOMMANDO.
Op Dinsdag 23 Juli 1935 droeg Z. E. Luitenant-Generaal J. C.
Koster voor het front van de vereenigde troepen van de garni
zoenen Bandoeng, Tjimahi en Batoe Djadjar het bevel over het
Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger over op den Generaal-
Majoor M. Boerstra, benoemd tot Luitenant-Generaal, Comman
dant van het Leger met ingang van 30 Juli 1935.
Z. E. Luitenant-Generaal J. C. Koster sprak daarbij de volgende
rede uit
„Het heeft H. M. de Koningin behaagd mij met ingang van
30 Juli a.s. eervol ontslag uit Harer Majesteits militairen dienst
te verleenen en met ingang van dien datum den generaal-majoor
M. BOERSTRA te benoemen tot luitenant-generaal, commandant
van het leger en hoofd van het Departement van Oorlog.
Ik heb het gewenscht geacht de overdracht van mijne functiën
met eenige plechtigheid voor het front der troepen te doen plaats
hebben. Een wapenschouwing van troepen in veldtenue is daartoe
het meest geschikt, wijl deze de hoofdzorg van den legercomman
dant, namelijk de bevelvoering over een strijdbaar leger, het dui-
833
Z. Exc. Generaal Koster spreekt. Links Generaal Boerstra.