die daarvoor t.g.t. beschikbaar gesteld moeten worden. We hebben
daar ook gezien hoe de Hp.V.P.A. zich verplaatst. Nu komt de
de vraag, hoe we in verband met die gegevens de transportploegen
moeten laten optreden, welke werkwijze gevolgd moet worden door
de transportploegen voor de voorste etappe en welke door de
ploegen der achterste etappe.
Indien we eerst onze aandacht bepalen tot de „voorste" ploegen,
komt thans de vraag aan de orde of we die ploegen tijdens het
terrein-winnen bij de Hp.V.P.A. zullen houden, (hetgeen bij ma
noeuvres meermalen geschiedt) óf haar in strooken het terrein
afzoekend zullen laten optrekken, b.v. op 100 meter afstand achter
de bij de compagnieën ingedeelde verbandgroepen. De laatst ge
noemde methode heeft als eerste voordeel, dat de ploeg zoo spoe
dig mogelijk bij de hand is voor den afvoer van een gewonde. Een
tweede voordeel is, dat iedere ploeg dan beter weet waar de troep
zich bevindt in haar strook, welke door dichte begroeiing, ravijn
tjes en kampongcomplexen hier in Indië zoo veel minder over
zichtelijk kan zijn dan in Europa. Aangezien volgens de oorlogs
ervaring en onze manoeuvre-ervaring verdwalen nog wel eens
voorkomt, is het genoemde voordeel belangrijk. Een derde voordeel
is, dat de ploeg bij haar beweging naar voren automatisch het
terrein afzoekt. Hielden we haar bij de Hp.V.P.A., dan zou ze
telkens in dwarse richting moeten loopen naar de voor haar reke
ning komende gewondennesten; het afzoeken van de strooken van
achteren naar voren zou dan bezwaarlijker te regelen worden en
veel minder goed geschieden. Een vierde voordeel van het volgen
achter den troep is, dat de ploeg automatisch ordonnansendienst
doet, doordat ze ons op de Hp.V.P.A. bericht, of haar strook zooveel
gewonden heeft, dat versterking met andere ploegen noodig is.
Een nadeel acht men tijdens manoeuvres wel eens, dat men de
ploeg niet meer zoo „in de hand" heeft, dat ze niet op de Hp.V.P.A.
beschikbaar is om naar de zwaarst getroffen strook te worden
gezonden. Toch is dat nadeel niet groot, want de eigen terrein-
strook moet toch ook direct afgezocht worden en men zou de ploeg
dus toch niet mogen onttrekken aan die taak, die zeker ook be
langrijk is en niet onvervuld mag blijven.
Dit alles overziende, meen ik dat het aangewezen is, de trans
portploegen, beschikbaar voor de voorste etappe, in strooken ver
spreid, deze afzoekende achter de voorcompagnieën te doen mar-
c cheeren.
10. Werkwijze van de ploegen der achterste etappe.
We komen dan tot de vraag wat we met de ploegen voor de
achterste etappe moeten doen, met name of we die ploegen, zoolang
er nog geen gewonden bij de Hp. V.P.A. zijn aangebracht, moeten
doen optrekkenstrooken afzoekende of wel haar hij de Hp. V.P.A.
moeten houden. De eerste methode heeft vóór, dat de ploeg dan
897