De jagers kunnen nu tijdig worden opgezonden en hun waarde voor de objectverdediging zou daardoor enorm toenemen. Dat een blijvende verkenning van schepen door vliegtuigen mo gelijk is, is afdoende gebleken bij de gecombineerde oefeningen van de Engelsche vloot en Luchtmacht in November j.l. welke oefe ningen in het „Wetenschappelijk Jaarbericht 1934" op blz. 225 e.v. zijn beschreven. Kapitein Boogh doet in'zijn artikel in het Februari-nummer van Luchtmacht en het Juli-nummer van het I.M.T. het idee aan de hand om den luchtkruiser te gebruiken in plaats van den jager, ook voor de objectverdediging, daar zulk een vliegtuig zeer langen tijd in de lucht kan blijven en hierdoor de mogelijkheid naar voren komt om een zekere permanence voor de bewaking van het lucht ruim in te stellen. De doelmatigheid van den luchtkruiser voor de objectverdedi- ging nog buiten beschouwing latend, is dit denkbeeld toch ook niet in overeenstemming met het principe van de „Economie des Forces". Eén luchtkruiser is niet voldoende, er moeten er dus meerdere tegelijkertijd voor een zekere permanence worden ingezet. Hoeveel personeel is er dan wel in touw voor de dan nog verkregen zwakke permanence En hoeveel percent van ons totaal personeel zijn we kwijt bij verlies van één luchtkruiser De vliegtuigen bestemd voor de plaatselijke luchtverdediging zijn onherroepelijk aan dit object gebonden. Van de in dit geval secundaire taak van den luchtkruiser, n.m.l. het bombardement, komt dus niets. Maar waarom dan zulk een kostbaar vliegtuig in te zetten als wij het met de veel goedkoopere jagers kunnen doen Mogelijk omdat de jager zoo snel veroudert en de luchtkruiser niet Maar als de jager dan wel veroudert voor de objectverde diging, doet de luchtkruiser dit toch zeker in nog sterkere mate. Zeker, de luchtkruiser is dan nog bruikbaar voor bombarde menten, maar dat was niet de opgaaf. Dit alles geldt voor de lucht verdediging bij dag, bij nacht komt de jager in een veel gunstiger positie te staan. In het laatste Luchtmacht-nummer schrijft de Kapiein Zegers, dat de moeilijkheden waarvoor het nachtbombar dement zich gesteld ziet ten aanzien van oriënteering, opsporing, herkenning der doelen en het richten op deze, het zeker maken dat de nachtbommenwerpers hun vaart op ettelijke km vóór het te bombardeeren doel zullen verminderen. Het groote overwicht van den verdedigenden jager zal dan ook 's nachts met materieel dat belangrijk minder performance heeft dan overdag noodig is, in de voor den aanvaller kritiekste oogenblikken verzekerd kun nen zijn. Waar 's nachts slechts kleine aantallen jagers in de lucht behoeven te zijn, is een permanence in een voorkomend geval 991

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 63