Het houten heiblok heeft een gewicht van ongeveer 100 kg. Deze heiïnrichting heeft, in vergelijking met lichte heistellingen zooals die wel bij andere legers in gebruik zijn en welke gewoon lijk uit een 3- of 4-poot bestaan, en moeten worden opgesteld op een vlot, hulpdek, of lichte verhaalbare heibrug, de navolgende voordeelen 1. De heistelling behoeft gedurende het plaatsen van de palen van één juk niet te worden verschoven of verplaatstdus ook het slaan van steekpalen is zonder verplaatsing mogelijk. 2. Door de symmetrische constructie en de wijze van opstelling komen de jukken vanzelf evenwijdig aan elkaar te staan en kan het uitmeten van hun afstand zeer eenvoudig en nauw keurig plaats hebben. 3. Bij het verplaatsen behoeft de heistelling niet te worden gedemonteerd, doch kan deze in zeer korten tijd (5 a 10 minu ten) over het juist uitgevoerde bruggedeelte worden ver schoven. 4. De constructie van den werkvloer kan licht blijven, aange zien hierop zich alleen de werkers en eenige bouwmaterialen bevinden. Si 5. De werkvloer en het heiportaal kunnen onafhankelijk van elkaar worden verplaatst. 6. Door toepassing van twee ruiters met toebehooren, kunnen zoonoodig twee palen van één juk tegelijk worden ingeslagen. 7. Het portaal kan tevens worden benut voor andere montage werkzaamheden in den bruggen-bouw, bijv. door gebruik te maken van in de bovenhoekpunten bevestigde takels. Thans zal een omschrijving worden gegeven van den brugslag, zooals deze den laatsten tijd herhaalde malen door de pioniers heeft plaats gehad. Nadat het dwarsprofiel van de rivier (lengte en waterdiepte) globaal is opgenomen, en eenig inzicht is verkregen omtrent de bodemgesteldheid, waartoe aan de oevers een grondboring tot 2 a 3 m diepte met een 5" grondboor wordt verricht en in het natte profiel met een sondeerijzer wordt gestooten, kunnen lengte van de brug, peil van het brugdek en aantal en de vermoedelijke lengte van de palen worden vastgesteld, daarbij rekening houdend met den te verwachten hoogsten waterstand gedurende den tijd, dat de brug in gebruik zal zijn. Hierbij zij opgemerkt dat, be houdens in de kanaalprofielen, bij de meeste Indische rivieren de constructiehoogte van het dek afhankelijk van de lengte der beschikbare palen (maximum 7 a 8 m, normaal 5 a 6 m) zoo groot mogelijk zal zijn te nemen, en de palen minstens 1 a 1.5 m zullen zijn in te slaan. De brugas wordt aangegeven door een drietal stevig in den grond gedrukte en zuiver te lood gestelde jalons, terwijl het 1082

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 54