1118
hoeksnelheden en 2e) dat, waarbij de wegsnelheden van het luchtdoel de basis
vormen voor het bepalen der schietgegevens (temp., elevatie, kaarthoek).
De schr. acht een ideale oplossing wellicht mogelijk door een combinatie der
beide stelsels.
Van de electr. overbrengingssystemen wordt besproken het stepsysteem
(wijzers bij de vuurmonden verplaatsen met kleine sprongen) en het syn-
chroonsysteem. Een tabellarisch overzicht van verschillende toestelsystemen
besluit het overzicht.
M otoriseering.
Luit. E. Moser geeft in het artikel Der Motor in der Armee in de Schweiz.
Monatschrift für Off. aller Waffen van Jan. 1935 een overzicht met foto's
betreffende de aan gemotoriseerde legervoertuigen te stellen eischen. Een
volledige opsomming wordt gegeven van de door de Engelsche legerleiding
gestelde eischen voor vrachtauto's (zes wieiers). De Engelsche autofabrieken,
die zich bij haar particuliere fabricage aan deze eischen houden, krijgen
subsidie van het gouvernement. Daarna worden de door de Duitsche leger
leiding gestelde eischen behandeld, waarna een overzicht van de vechtwagens
volgt.
Voor wat betreft de motor wordt gezegd, dat de laatste jaren in steeds
grooter aantal Dieselmotoren worden toegepast, den allerlaatsten tijd ook
houtgasmotoren, waarvoor het brandstofvraagstuk echter nog niet opgelost
schijnt. Dit laatste is eenvoudiger bij gebruik van calciumcarbid voor den
motor. Overigens blijft het brandstofvraagstuk als geheel en de aanvoer in
oorlogstijd ook bij benzinemotoren moeilijk. Dit is een der redenen
waarom de motoriseering in vele legers slechts ten deele wordt doorgevoerd.
Volgens het Mil. Wochenblatt van 25-4-'35 is bij het Fransche leger Vz
deel van de divisie-art., de geheele art. van het leger en van de legergroepen
gemotoriseerd, de ld.art. voor het grootste deel. Met de motoriseering van de
korpsart. is een aanvang gemaakt. Daarmede is dan 40% van de art. van het
vredesleger gemotoriseerd.
T.
Geneeskundige Dienst, enz.
Journal of the Royal Army Medical Corps, Vol. LXV, No. 2, Augustus 1935
„The malaria epidemie in Ceylon, 1934-'35" by Lieutenant-Colonel R. M.
Dickson.
In een beknopt artikel worden hier enkele belangwekkende mededeelingen
gedaan over de grootste en ernstigste malaria-explosie, die zich ooit in Cey
lon heeft voorgedaan. De epidemie trad op in het Zuid-Westelijk quadrant,
de z.g. vochtige streek van het eiland. Deze streek, doorkruist door drie
groote rivieren, wordt gewoonlijk minder aangetast dan de gebieden in het
Noord-Oosten. Geen infecties werden waargenomen boven de 2400 voet.
Zelfs in Colombo en enkele andere plaatsen aan de kust, die als malariavrij
worden beschouwd, deden zich gevallen voor. Ongeveer 1/5 van de opper
vlakte van Ceylon, bevolkt door 3,5 millioen menschen (het is de dichtst
bevolkte streek) werd door de epidemie geteisterd. De overbrenger, de
Anopheles culicifacies, kwam in phenomenale aantallen voor. In 1934 had de
Zuid-Oostmoesson bijna niet gewaaid. November en December waren onge
woon droog geweest. De moerassen en rivieren waren in tallooze vijvertjes,
helder stilstaand water vormende, veranderd. Aldus waren er ideale broed
plaatsen voor de overbrenger ontstaan. De infectie-index was zeer hoog, tot
21%.
Verhoogd polikliniekbezoek werd 't eerst in October geconstateerd in een
streek normaal sterk endemisch besmet. Op het hoogtepunt van de explosie was
