VU!. Welke vuurmonden eigenen zich het meest voor artillerie-
bestrijding
Ter beantwoording van bovenstaande vraag wil ik deze kwestie
allereerst beschouwen van het standpunt, dat beschikt wordt over
modern materieel, om haar daarna terug te brengen tot het mate
rieel, waarover wij hier te lande beschikken.
Bij het moderne materieel wil ik alleen in beschouwing nemen
het 7,5 cm en 10,5 cm kaliber en laat ik de 15 cm buiten beschou
wing, daar deze beschouwing uitsluitend gericht is op den be
wegingsoorlog, aan het zwaardere kaliber zeer veel bezwaren
verbonden zijn, als minder beweegbaarheid, groot gewicht, groot
projectielgewicht (plus. min. 42 kg), zeer moeilijke aanmaak van
munitie in oorlogstijd in vergelijking met de andere kalibers, zeer
veel bezwaren verbonden aan mun.-aanvoer, enz.
Rest dus in beschouwing te nemen het 7,5 cm kaliber en de
lichte veld Hw van ongeveer 10,5 cm. Aan welke eischen de
moderne uitvoeringen voldoen, kan men zeer uitvoerig vinden in
een voordracht van den kolonel Roldanus (2e aflevering H.K.V.
1933).
7,5 cm; spreidaffuit, zijdelingsch schootsveld ongeveer 60°,
dracht plus.min. 12 km, groote vuursnelheid, hiervoor de getallen
te nemen welke de Instruction sur le tir aangeeft (Tabel XII).
L.S. 50 van ongeveer van de dracht, minstens 3 ladingen.
10,5 cm Hw; spreidaffuit noodzakelijk, zijdelingsch schootsveld
ongeveer 45 60°, liefst 90°, dracht ongeveer 11 km, vrij groote
vuursnelheid gedurende enkele minuten, hiervoor de getallen te
nemen welke de Instruction sur le tir voor dit kaliber aangeeft.
Door de grootere uitwerking van het enkele schot, alsmede
door den grooten invalshoek is de Hw bij uitstek geschikt voor de
artilleriebestrijding. De factor tijd speelt echter een belangrijke
rol. Bij de artilleriebestrijding is het noodzakelijk om in een
kort tijdsbestek, zooveel mogelijk vijandelijke batterijen buiten
gevecht te stellen. Het is dus van belang om na te gaan welke
van beide kalibers aan dezen eisch het best voldoet.
De 7,5 cm kan gedurende 2 minuten een vuursnelheid bereiken
van 10 a 12 schoten per stuk-minuut. Een af deeling van 3 batterijen
a 4 stukken kan in 2 minuten: 2 X 12 X 10 240 projectielen
verschieten.
De 10,5 cm Hw bereikt in den zelfden tijd een vuursnelheid van
6 a 8 schoten per minuut. Voor een af deeling van gelijke sterkte
wordt dit per vuurstoot van 2 minuten: 2 X 12 X 6 144 projec
tielen. Een verhouding tusschen beide kalibers van ongeveer 5 3.
De benoodigde hoeveelheden projectielen per ha ter bereiking
van een bepaald doel verhouden zich eveneens ongeveer als 5:3
(vergelijk Instruction sur le tir, ons V.S.A. en andere). Daar de
dracht en de L.S. 50 weinig verschillen, zal dus ook de te beschie-
1160