„De mobilisatiën bij de groote Europeesche mogendheden in 1914 en de invloed van de generale staven op het uitbreken van den Wereldoorlog" 'het licht zag. Dan zien wij den Generaal na het besluiten van zijn militaire loopbaan terug als Voorzitter van de Vereeniging „Ons Leger", als krachtig bestrijder in woord en geschrift van het défaitistische pacifisme. Voorts ontwikkelde Generaal Snijders groote activiteit als promotor van de luchtvaart, voor welker beteekenis en toekomst de oud-opperbevelhebber immer een sterk vooruitzienden blik heeft gehad. Reeds in 1908 - 1910 president van de Kon. Ned. Ver. voor Luchtvaart, treedt de generaal in 1919 op als voorzitter van het Algemeen Bestuur der Eerste Luchtverkeerstentoonstel- ling in Amsterdam (E.L.T.A.) en in 1932 als voorzitter van het Comité Vliegtocht Nederlandsch-Indië. Ook INDIË werd door den generaal nog eenige malen bezocht. In 1920 na 44 jaar als vertegenwoordiger van „Ons Leger" op de algemeene vergadering van „Indië Weerbaar" (20 t/m 22 Mei 1920 te Bandoeng), terwijl deze reis tevens dienstbaar werd gemaakt aan het voeren van besprekingen namens de K.L.M. met leidende personen op het gebied van handel, verkeerswezen en industrie om te geraken tot een Indisch luchtnet. Toen de regee ring echter aanvankelijk geen subsidie aan de concessie wilde verbinden, werd in 1926 door een groep van groote maatschap pijen op het gebied van handel, scheepvaart, industrie en bank wezen de K.N.I.L.M. opgericht en werd den generaal verzocht de eerste luchtlijn in INDIË te komen openen, hetgeen geschiedde op 1 November 1928 op Tjililitan. Ten slotte kwam generaal Snijders in 1929 ten vierde male in In- sulinde, hoofdzakelijk om met den Directeur van Gouvernements Bedrijven namens den Raad van Bestuur van de K.N.I.L.M. te Amsterdam besprekingen te voeren betreffende de oplossing van verschillende vraagstukken, welke zich in den loop der jaren in het bedrijf hadden voorgedaan. Zoo zien wij dus Generaal Snijders voor en na op de bres staan in bezielende behartiging van de nationale zaak; de lijn begonnen op het gevechtsveld in Atjeh werd in stage stijging op hoogst waar devolle wijze krachtig doorgetrokken. Gaarne scharen wij ons in de rij dergenen, die straks, op 12 November, Zijne Excellentie Generaal C. J. Snijders hulde en dank zullen betuigen bij de herdenking van het feit, dat dezen Grooten Nederlander voor 60 jaren het Ridderkruis 4e klasse dei- Militaire Willemsorde werd toegekend. 1124

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 4