1201 De schr. eindigt dan met een viertal opmerkingen. 1. Het einde van het vuur moet worden aangegeven of door opgave van het tijdstip of door een hevig snelvuur, dat door alle stukken gelijk beëindigd wordt, waarna een stilte intreedt; op dat oogenblik moet de inf., die tijdens het vuur zoo dicht mogelijk daaraan opgesloten is, voorwaarts stormen. De schr. geeft de voorkeur aan de laatste methode. Het verleggen van het vuur naar achteren is niet doelmatig, wordt moeilijk onderkend. Wil men het vuur op een volgend doel verleggen, dan is het toch gewenscht om even een vuurpauze te houden. 2. Het doen stoppen van een eenmaal aangevraagd art.vuur is zeer moei lijk. Wil men het aangevraagde vuur niet doen afgeven, dan moet de voorste inf. toch wachten totdat zij bericht krijgt, dat deze order bij de art. is door gekomen. 3. Het groote oponthoud, dat veroorzaakt wordt door de aanvraag van art. vuur, heeft geleid tot het tevoren berekenen van bepaalde vuren op plaatsen, waar men ernstigen vij. weerstand kan verwachten. Deze vuren kunnen worden afgegeven volgens een tijdschema aangepast aan de snelheid der voorw. beweging van de inf., of wel zij kunnen achtereenvolgens op een sein van de inf. worden afgegeven. Het laatste systeem werkt langzamer, doch geeft de zekerheid, dat de vuren op het juiste tijdstip worden afgegeven. 4. De laatste opmerking betreft een aanwijzing voor den opzet der te houden oefeningen (voor een bataljon) en is nader in een bijlage uitgewerkt. In een tweede bijlage wordt het technisch gedeelte van het art. vuur be sproken. Onder oogen wordt gezien het vaak voorkomend geval, dat de beschikbare art. voor rechtstr. steun te zwak is om de vereischte vuurdichtheid op te leveren. In dat geval kan men het doel in tweeën verdeelen; een helft wordt dan bevuurd door de ondersteunende groep met voldoende vuurdicht heid, de andere helft wordt onder vuur genomen óf door de zware inf. wapens óf door de art. van de groupement d'ensemble, wier hulp wordt ingeroepen. De cdt. van de groupe(ment) d'appui direct heeft in dit laatste geval de tac tische leiding over het vuur van de groupement d'ensemble, zonder dat beide groepen tot één groep worden vereenigd. Uitgebreid wordt behandeld de waarneming van het vuur ten behoeve van de controle op de ligging. De schr. refereert hierbij naar het Fransche schietvoorschrift. Een groote moeilijkheid bij ongedekte en onvoldoend ge dekte levende doelen is, dat het neutraliseeringsvuur een verrassend karakter moet dragen, zoodat inschieten of zelfs een contrölelaag op het doel uit den booze is. Men kan dit ontgaan door een contrölelaag op een hulpdoel af te geven. Soms zal men echter gedwongen zijn om 1 of 2 contrólelagein af te geven op het te neutraliseeren doel of terreingedeelte. Het is echter verboden hierop volledig in te schieten. Voor de waarneming heeft de groep voor rechtstr. steun door de zorg van den cdt. van het Dét. d'observation een waarnemingspost uitgezet, die bestemd is bij het voortschrijden van den aanval sprongsgewijze vooruit te gaan. Deze wng.post dient zoowel voor het gezichtsverband met de voorste inf. als voor de waarneming der art.vuren. Het is veelal niet gewenscht om deze wng.post vuren te laten waarnemen, die kort voor de eigen inf. liggen. Hier voor dienen vooruitgeschoven wng.posten te worden gebruikt en wel één per bataljon. Bij het inzetten van den aanval bevinden deze waarnemers zich bij den bat.cdt. (evenals de agent de liaison gedetacheerd van de rechtstr. steunende groep). Zoodra de bat.cdt. art.vuur aanvraagt, wijst hij den waar nemer ook het doel. Is dit van zijn standplaats niet mogelijk, dan zendt hij hem naar den cie.cdt. die de weerstand heeft gemeld, begeleid door den ordon nans, die het bericht overbracht; aangegeven worden de strook waarbinnen de ontdekte aut.wapens liggen, begrenzing links en rechts, voor en achter, de afstand van de min-begrenzing tot de eigen voorste inf. en de afstand van de cop. (wng. post) tot die inf. De waarnemer geeft, na zijn wng.post te hebben uitgezocht en telef. verbinding met zijn groep te hebben tot stand ge-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1935 | | pagina 81