1206
dagaanbreken wordt de opdracht uitgevoerd en heeft de cie., waarvan het
optreden gedetailleerd wordt besproken, 200 mijnen en IV2 ton springmid
delen aangebracht. Bij de verplaatsing ging i.v.m. gemelde vij. vechtwagens,
welke tot een grooten omweg dwongen, veel tijd verloren. Behalve een
mijnenveld heeft de cie. 5 wegafsluitingen (80 mijnen, voorts omgekapte
boomen) en 19 mijntrechters (in wegen) aangebracht.
Gebruikt werden nieuw model contactmijnen en mijnen met electrische
ontsteking, waarvoor een speciale opleiding van het personeel wordt ver-
eischt.
Toegepast werden drie typen mijnenveld
a. 1.500 mijnen per 900 m frontde mijnen worden aangebracht in kleine
rijen van 4 stuks met een tusschenruimte tusschen de mijnen van
1.35 m de groepen worden schaakbordsgewijze aangebracht met inter
vallen tusschen de groepen van 3.60 m. Op deze wijze zou volledige
zekerheid worden verkregen, dat geen vechtwagen kan passeeren.
b. 1000 mijnen per 900 m front de mijnen worden aangelegd in 2 rijen,
welke onderling verspringende tusschenruimte tusschen de mijnen
bedraagt 1.80 m de kans dat een vechtwagen een mijn raakt bedraagt
80%.
c. 700 mijnen per 900 m front aanleg als sub b, doch met een tusschen
ruimte tusschen de mijnen van 2.70 m en geringere graad van veiligheid.
Overigens wordt voor de werkwijze, de werktijden en het gebruikte
gereedschap verwezen naar het oorspronkelijke art.; vermeld zij nog dat ook
hierbij in beginsel eerst een verkenning dient te worden uitgevoerd en
vervolgens een plan te worden opgemaakt. Mijnen in de eerste plaats daar,
waar geen andere vechtwagen-afweer-middelen beschikbaar zijn.
Blijkens de gehouden oefening kan een gemotoriseerde cie.pi. uitgerust
met geconfectionneerde mijnen, springmiddelen en het noodige gereedschap
in zeer belangrijke mate tot de bescherming tegen gemechaniseerde troepen
bijdragen. De criticus in R.d'Inf. wijst o.i. terecht op de onvoldoende beveili
ging van de gemotoriseerde pi. gedurende de belangrijke verplaatsing in de
derde phase.
Wij willen hier nog een opmerking aan toevoegen, ontleend
aan de Rev. Mil. Fr. van Juni 1935, luidende „Une armée qui n'aurait pas
préparé la défense contre les attaques des chars et qui commencerait les
hostilités sans être mieux armée contre eux que ne l'était l'armée allemande
en 1918, courrait maintenant des risques mortels. Aussi la défense anti-chars
doit-elle être développée dés Ie temps de paix." Ook voor ons heeft deze
waarschuwing gezien de organieke uitrusting met vechtwagens en pantser
auto's van alle moderne legers en het feit dat deze moderne strijdmiddelen
in verschillende gevallen wel degelijk op onze gevechtsterreinen volledig'
tot hun recht kunnen komen hare volle waarde. Moge dit vraagstuk
(het gebruik van onze pioniers bij afweer van vechtwagens en pantserauto's)
in de eerste plaats de invoering van een geconfectionneerde mijn voor het
K.N.l.h. tot een svoedige oplossing komen.
W.
Intendance, legerverpleging, enz.
Militar Wochenblatt, 25 Mei 1935 Nr. 44. bevat een kort resumé onder den
titelDie kriegswirtschaftlichen Grundlagen Russisch-Asiens" van een
gelijknamig artikel, hetwelk verschenen zou zijn in een tijdschrift Ost
Europa en waarin een onderzoek wordt ingesteld naar de verwezenlijking
van de „kriegswirtschaftliche" basis bij een mogelijk conflict in het „verre
Oosten" van het Russisch-Aziatisch gebied.
De schrijver van dit artikel wordt niet genoemd klaarblijkelijk is hij
echter dezelfde als van wiens hand in „Wissen und Wehr" (slot in de 4e