Niet in vredestijd voorbereide vernielingen.
Staande de operaties kunnen op het gevechtsterrein worden toe
gepast offensieve vernielingen, b.v. tegen 's vijands verbindingen
en uitgevoerd worden door
a. lichte troepen,
b. gemotoriseerde eenheden,
c. vliegtuigen.
Door gebrek aan tijd behouden deze vernielingen het karakter
van stelsellooze en vluchtige vernielingen, voor het slagen is een
scherp omlijnde opdracht een eerste vereischte. Waar lichte troe
pen in den Wereldoorlog dergelijke raids uitvoerden is het succes
niet overgroot geweest door hun te geringe offensieve waarde.
Voordien hadden de Boeren, door vernieling van communicatiën
in den rug der Engelschen aangetoond in welke mate men met
dergelijke vernielingen 's vijands handelingen in den kleinen
oorlog afbreuk kan doen.
Gemotoriseerdee eenheden zijn door hun grootere offensieve
waarde meer tot dergelijke acties geëigend in welke mate zij er
voor gebruikt zullen worden, moet de toekomst leeren.
Uit den wereldoorlog is slechts één voorbeeld bekend van een
Engelsch vlieger, die er in slaagde bij een object te landen, de
lading aan te brengen en de vernieling uit te voerenwaar zoo
wel in Frankrijk als in België bij recente manoeuvres dergelijke
opdrachten beoefend zijn, mag aangenomen worden dat deze wijze
van vernielen zich een blijvende plaats verzekerd heeft, hetgeen
het veilig stellen der verbindingen in de toekomst nog onzeker
der zou maken.
Defensieve vernielingen omvatten:
terugtochtsvernielingen,
vernielingen in front van een ter verdediging ingericht terrein-
voorwerp,
vernielingen op de flanken, zoowel bij aanval als bij verdediging
toe te passen.
Naar het doel dat beoogd wordt, worden de vernielingsobjecten
dan ingedeeld in
a. Vernielingen van de gemeenschappen van allerlei aard, ten
doel hebbende het vertragen van 's vijands bewegingen.
De mate waarin deze vernielingen haar invloed doen gelden
is afhankelijk van een oordeelkundige keuze der objecten,
breedte en diepte der strook waarin ze worden toegepast.
b. Vernielingen voor een verdedigende stelling, niet alleen om
vattende de gemeenschappen doch ook waarnemingspunten,
terreinvoorwerpen welke dekking verschaffen, welke de le
gering ten goede komen enz.
46