Het vernielingsplan krijgt een hoogst eenvoudig karakter.
Na vaststelling van de vernielingsstrook op een kaartverken-
ning, zoover mogelijk naar voren gelegen als met het optreden
der achterhoede vereenigbaar is, worden de vernielingen groeps
gewijze ingedeeld naar de troepen, welke ze zullen voorbereiden.
Ielere groep krijgt een minimum- en aanvullend programma.
Voor iedere groep wordt de benoodigde hoeveelheid springmid
delen globaal geraamd.
Is meer tijd beschikbaar, zoodat de objecten vluchtig verkend
kunnen worden of zijn plannen of teekeningen ter beschikking,
dan kan reeds direct het beschikbare materieel gunstiger over
de objecten worden verdeeld.
Personeel.
De compagnie pioniers van het veldleger beschikt over 8 Eur.
sergeanten zoodat gelijktijdig 8 vernielingsploegen kunnen worden
uitgestuurd (militie-sergeanten komen niet in aanmerking). Een
vernielingsploeg is 6 a 8 man sterk zoodat we voor 8 ploegen ko
men tot 50 man, zijnde de sterkte van een sectie.
Het komt meer efficient voor om een vernielingssectie te vor
men, dan iedere sectie door afname van enkele vernielingsploegen
te verminken, zij het dat die secties toch al haar Eur. sergeanten
kwijt zijn.
Aanvullende werkzaamheden kunnen door andere secties ver
richt worden.
Groepsgewijze waren officieren te belasten met de leiding van
de uitvoering van het plan.
Materieel.
Bij de tegenwoordige organisatie is de brigade de technische
eenheid, welke een hoeveelheid springmiddelen is toebedeeld,
ongeveer voldoende voor vluchtige vernieling van één behoorlijk
object.
Werd een vernielingssectie uitgerust met alle spring- en ont
stekingmiddelen van de Compagnie dan zou geen enkele sectie
meer volwaardig zijn voor het uitvoeren van eenige zelfstandige
opdracht.
Het lijkt mij daarom gewenscht om bij de Compagnie te be
schikken over eene extra hoeveelheid springmiddelen, voldoende
om zes vernielingsploegen voorloopig uit te rusten, benevens nog
eenige reserve. Onafhankelijk hiervan dient op het tijdstip, waarop
aan een terugtocht wordt gedacht, onmiddellijk in opvoer van
springmiddelen te worden voorzien, welke dan even belangrijk
is als munitie aanvulling.
Daar er bij de uitvoering van eenig vernielingsplan bij meer
dere objecten springstof over zal blijven, dient men bij het vast-
56