feite bedroeg de sterkte van den vijand 6000 beredenen onder Moerad Bey, waarbij 12000 slaven, bewapend met stokken en zonder eenige gevechtswaardezoodat dit Mammelukkenleger tegen de 3 Fransche divisiën geen schijn van een kans had. In weinige uren was de Egyptische ruiteraanval gebroken en was het versterkte kamp van Gizeh genomen. Een fabel In zijn Mémoires (II, blz. 239) vertelt NAPOLÉON, dat hij bij den aanvang van den slag zich tot zijn soldaten richtte met„ces „paroles devenues si célèbres Du haut de ces pyramides qua- „rante siècles vous contemplentKircheisen, a.b., is van mee ning, dat naar alle waarschijnlijkheid op dien dag in 't geheel geen toespraak is gehouden1), omdat NAPOLÉON zich van den aanvang af bij de divisie Dugua heeft bevonden. Ook vermeldt geen enkel bericht of verslag uit die dagen deze schoone woorden; en, waren zij gesproken, dan zou NAPOLÉON de eerste geweest zijn om ze aan het Directoire te melden, en zou de Moniteur, die al zijn heldendaden verheerlijkte, er stellig een pakkend verhaal van hebben opgesteld. In den loop van den 23 Juli bezetten de Franschen zonder eenig verzet Cairo en nam NAPOLÉON zijn intrek in het paleis van Elfi-Bey, waar hij zijn hoofdkwartier inrichtte, en waar hij tot 24 December 1798 bleef. Gedurende dezen tijd zorgde hij voor een stevige bevestiging van de positie van zijn legers in Egypte en daartoe was alleszins reden. Begin Augustus 1798 trof namelijk het expeditieleger een ramp, welke aan alle grootsche plannen van NAPOLÉON met één slag een einde maakte. Den 1 Augustus werd de Fransche vloot op de reede van Aboe- kir door Nelson geheel vernietigd, zoodat de expeditie geen sche pen meer bezat en dus feitelijk van het Moederland was afgesne den een ramp die bij Trafalgar zou worden vervolmaakt. Wie voor deze verpletterende nederlaag van 13 Fransche slag schepen plus 4 fregatten contra 14 zwakkere Engelsche schepen de schuld draagt NAPOLÉON Admiraal Brueis De commandant van den Franschen rechtervleugel contre-amiral Villeneuve Uiteraard in de eerste plaats NAPOLÉON, die de gansche expe ditie als een va-banque-spel uitvoerde de slagschepen konden de haven van Alexandrië niet binnenvaren wegens te grooten diepgang om over de voorgelegen bank te komen zoodat de expe- 6 JammerWeer een fabel minderEn ik herhaal met Hildebrand (Camera Obscura): „Zie, indien een geestig schrijver gezegd heeft, dat de historie niets anders is dan een fabel, waaromtrent men overeenkomt, waarom zijn er dan zoo vele spelbrekers, die ons met een hatelijken glim lach overal iets ontnemen, iets veranderen, iets verbroddelen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 6