189
„ein Teil der Infanteristen sich um eine Bogenschuszwaffe kristallisieren wird,
nicht um dadurch als Stoszkraft auszuscheiden, sondern im Gegenteil, um
dadurch ein weiteres Stück der verlorengegangen Bewegungsfreiheit wieder
zurückzugewinnen". De vraag is maar, of het krombaanvuurwapen zoover
naar voren is op te stellen, dat het niet al te snel ten offer yalt aan de
raseerende uitwerking van den vij. mitr., welke het moet bestrijden.
Idem nr. 21: „Wie soil das Fuszvolk den Tankangriff begleitem door
M. Braun. S. geeft aan de hand van twee voorbeelden aan hoe z.i. de vecht-
wagens de inf. kunnen steunen. In deze voorbeelden is bij een divisie inge
deeld 1 bat. vechtwagens (a 3 cien. van 15 lichte en 7 kleine vechtwagens)
Ie voorbeeld. Het oprukken van de vew. wordt gelast op het moment,
waarop de inf. een lijn 1500 m. van den zich vluchtig ter verdediging inge-
richten vij. heeft bereikt. De vew. gaan in golven vooruit. Voor de inf. is het
zaak om met iedere vew. aanv.golf zoo ver mogelijk mee op te rukken in
„feuerlee", desniettemin zal de inf. achterblijven. S. acht het gunstig als de
inf. met iedere golf 100 m. dichter bij den vij. komt. De vew. komen dus eerder
bij den vij., maar dit zal ook voor de eigen inf. gunstig zijn, omdat de vij.
afweerwapens door de vew. gebonden worden en de overige vij. inf. de rol
„des scheuen Kaninchens" moet spelen.
2e voorbeeld. Het aanvallen tegen een ingegraven verdediger, waarbij de
moeilijkheid, dat na het passeeren van de vij. frontlijn door de vew. het
gezichtsverband met de eigen inf. verloren gaat.
Als algemeenen regel geldt dat het inzetten van de vew. moet geschieden
om de eigen inf. bij de moeilijkste oogenblikken te helpen, dat kan ook zijn
na het binnendringen. S. besluit met„denn wer soil noch gegen die sich
dauernd mit Machinenwaffen verstikkende moderne Infanterie angreifen
können, wenn nicht die gepanzerte Fahrzeuge Wer soil ferner der Infan
terie über. die „blaue Zone" helfen, wenn nicht die Kampfwagen De S.
van dit art. ziet o.i. de verhoudingen scherper dan de beide stellers van de
hiervoren besproken artikelen uit de Army, Navy and Air Force Gazette.
Het art. wordt zeer ter lezing aanbevolen. Wij kunnen en mogen de moge
lijkheid van het optreden van vew. van een gebeurlijken tegenstander niet
bij voorbaat uitsluiten en wij zullen dus de aanvalsmethoden moeten bestu-
deeren, om althans te weten, hoe wij ons daartegen moeten verdedigen en
welke afweermiddelen wij daartoe noodig hebben.
Idem, nr. 14 In dit nr. wordt wederom een „Taktische Aufgabe" aange
troffen.' Nr. 1 behandelt het achterhoedegevecht van een versterkt inf. reg.,
waarvan wij de samenstelling willen vermelden: Staf; 3 bat. inf. a 3 inf.
cien. a 9 1. M.G. (ingedeeld in 3 sien) f 1 M. cie. (12 s.M.G., 4 sien. a 3 st.)
1 M.W. cie. met G lichte en 2 middelb. mijnenwerpers (3 lichte en 1 zware
sectie). 1 Panzer-Abwehr-Komp. (gemotoriseerd) van 9 Pz.-Abw.-Gesch. en
3 1. M.G.; Li. inf. col. (gelandegangige Kraftfahrzeuge)de art. bestaande uit:
Art. Staf; 3 li. veldhw. battn. a 4 st., bij iedere batt. 2 1. M.G.; een li.
art. col. (gemotoriseerd); 1 Pi. cie. met 9 1. M.G.
Schweizerische Monatschrift für Offiziere aller Waffen Aug. '35 bevat een
opstel Gelande, Waffenwirkung und Wafjeneinsatz door Major i. Gst. Gustav
Daniker. Het vij. vuur en de terreinafscheidingen werken samen en geven
aanleiding tot afbuigen uit de richting. De aanvoerder, die zich den invloed
daarvan niet volledig bewust is, loopt gevaar bevelen te geven, welke in
hun opzet reeds de kiem tot mislukking bevatten. Wie weet hoezeer een
beweging door terreinsomstandigheden en vij. vuur beïnvloed worden, zoekt
van den beginne af de beweging aan het terrein aan te passen, en z.m. het
terrein zco te kiezen dat het hem een flankdekking geeft. Wie weet hoe
moeilijk het is, in een bevolen richting voorw. te blijven gaan, zal voor het