Zooals we zien, zijn de resultaten van een a.i.s., volgens S. niet zoo grootwe zullen het nut van een a.i.s. dus voornamelijk moe ten zoeken in het groote moreele effect en in de vertraging, die we de tegenpartij toebrengen. B. De aanvalsmiddelen. BI. Mitrailleurs. Daar uitsluitend op levende en ongedekte doelen wordt aange vallen, is een groot kaliber geen vereischte. Beter kunnen we gebruik maken van mitrailleurs met een groote vuursnelheid en een klein kaliber, waardoor de mede te nemen patronenvoorraad kan worden vergroot. Dit geldt natuurlijk zoowel voor de voor-, als voor de achter-mitrailleurs. De doelen zullen als regel slechts zeer kort onder vuur kunnen worden genomenhet is dus zaak, in dit korte tijdsbestek zooveel mogelijk partonen te verschieten. Hiervoor zal de bestuurder over minstens twee mitrailleurs en de waarnemer zoo mogelijk over een dubbelmitrailleur moeten beschikken. Vlgn., welke speciaal zijn gebouwd voor het uitvoeren van den a.i.s., worden dan ook dikwijls van vier, ja, soms van zes voormitrailleurs voorzien. Op stelling van de voormitrailleurs buiten het schroefvlak, geeft het voordeel, dat een synchronisatie-inrichting overbodig is, en de maximale vuursnelheid der wapens kan worden benut. In den loop der jaren is reeds enkele malen het plan geopperd, om onze toch al overbelaste CV-vlgn. slechts met één voormitrail leur uit te rusten, teneinde meer gewicht voor bommen ter be schikking te krijgen. Zoolang de CVs echter bestemd blijven om onder meer den a.i.s. uit te voeren, zal men daar m.i. niet toe mogen besluiten. De onstane winst aan nuttige last is gering, de nadeelen zijn echter onvenredig groot. B2. Scherfbommen van licht gewicht. Zooals straks nader zal blijken, is de uitwerking van een aanval met scherfbommen grooter dan van het mitrailleurvuur. Het is dus zaak, zooveel mogelijk bommen mede te nemen. Deze bom- voorraad is te vergrooten door het gewicht van de bom te verklei- 116 lerie: 2%, artillerie (manschappen en paarden): 5 tot 10%; artillerie in stelling, aangevallen door 3 groepen laagvliegende vliegtuigen met mitrs en bommen: 1%; autocolonnes, verrassend aangevallen: 10%, niet verrassend aangevallen 5 Aanvallen, gedurende den nacht uitgevoerd met enkele vliegtuigen, vertragen de marschsnelheid van een colonne met IV2 km per uur! Bij aanvallen op vliegterreinen en bivaks krijgen de aanvallende vliegtuigen bij dag 7 bij nacht 3 verliezen. Om 1 vliegtuig op een vliegterrein buiten gevecht te stellen moeten 6 bommen van 100 pond of 10 bommen van 30 pond worden geworpen".

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 34