De aandacht, besteed aan punt c, bleek later van veel nut te
zijn. De wapening (karabijn, klewang en leergoed) werd,
goed ingevet, opgeborgen in een daarvoor aangewezen af te
sluiten ruimte, zoodat er op de overvolle boot juist voldoende
ruimte overbleef voor de manschappen met hun veldzakken.
Met het inladen van levensmiddelen, enz. was men vanzelf
sprekend reeds twee dagen tevoren begonnen; met het insche
pen der troepen, hetgeen binnen een kwartier was afgeloopen,
was het embarkement voltooid.
Ontscheping.
14. Ontscheept werd bij een lage ondiepe kust, waardoor tamelijk
ver uit den wal moest worden geankerd Vz mijl).
Het was laag water, zoodat alle goederen over een vrij breed
strand naar het niet bij vloed onderloopende gedeelte moesten
worden gedragen. Men had de beschikking over de motor
boot en de 3 sloepen van de Reiger.
De volgorde bij het debarkement was als volgt:
1. uitreiken van de opgeborgen wapening. (De munitie werd
eerst aan het strand uitgegeven, aangezien men hier in
raet-verzetsgebied was)
2. ontscheping van de brigades en de veroordeelden.
3. Lossing van de goederen.
De onder 2 en 3 vermelde werkzaamheden vorderden ongeveer
6 uur (N. B. gunstige zee). Hiermede stond alles op het strand
maar was nog niets opgeborgen in het drie kwartier verder
gelegen, pas door de veldpolitie voor ons opgezette keurige
basisbivak. Niettegenstaande versterking was verkregen van
ruim honderd dragers (civiele veroordeelden en koelie's)
diende nog tot 's avonds 8 uur te worden doorgewerkt en den
volgenden dag nog den geheelen dag.
157