Des avonds was er feest in de kampementen. Op verschillende
wijze was een feestelijke sfeer geschapen. En zelfs bij de com
pagnie, waar wegens gebrek aan plaats in het kampement, de
feesttent „onder de kolong" was ingericht, waande men zich, dank
zij de versiering, al spoedig in een feestzaal. De Manadoneezen
hadden uiteraard hun „dansi-dansi", waarbij een bordje erwten
soep de danslust niet vermocht te temperen. Bij de andere com
pagnieën hield een „wajang wong" er de goede stemming in, waar
bij goed voor den inwendigen mensch werd gezorgdspeen
varken, saté, bami en wat al niet meer. Tot laat in den nacht duur
de het feest.
Wij zouden met ons verslag onvolledig zijn, als wij in gedachten
niet een dag teruggingen. Daags tevoren waren verschillende
families uit de Balikpapansche samenleving, alsmede de marine
officieren door de officieren van het korps uitgenoodigd voor een
genoeglijk samenzijn ten huize van den korpscommandant, hetgeen
werd voorafgegaan door een receptie, gehouden door den gewes
telijk militairen commandant. Het was inderdaad een gezellige
avond, waar een ongedwongen toon heerschte, maar deze avond
vond ten slotte haar culminatiepunt in de sociëteit, waar gasten en
gastheeren gezamenlijk in feestelijke stemming de komende plech
tigheid voorbereidden.
S.
180