t.o.v. het doel op, laat hetzelfde door dien waarnemer opgeven, zet vervolgens eerst de plaats van het doel en daarna deze waar nemingen op zijn „vuurleidingsplanchet" uit, en meet eenvoudig op dit planchet, hoeveel meter het salvo (-)-) of gevallen is met dit hedrag wordt dan gecorrigeerd. Deze methode heeft twee voordeelen in de eerste plaats voorkomt zij dat wij het slacht offer worden van ernstige afstandfouten, die het gevolg kunnen zijn van fouten door het vuurleidingspersoneel gemaakt e.d. voorts zullen wij op deze wijze steeds het eerste salvo ten volle kunnen benutten ook al vallen de schoten niet in de richting van het doel. Deze methode van waarneming uit 2 punten (com mandopost en waarnemingspost of zijpost) wordt uitsluitend voor het eerste salvo toegepast. Men zal zich afvragen, waarom niet voor ieder salvo Het is toch zoo voordeelig wanneer men van ieder salvo precies weet hoe het t.o.v. het doel ligt. Het antwoord is driedeelig: Ten eerste is het bepalen van de juiste gemiddelde ligging van het salvo zeer lastig en noodzakelijk aan fouten onder hevig, o.a. omdat het punt ten opzichte waarvan die gemiddelde ligging moet worden bepaald, zelf in beweging is; de gemiddelde af wijking van het eerste salvo wordt dan ook slechts tot op 100 m nauwkeurig bepaald voor de volgende salvo's, die zooveel dich ter bij het doel liggen heeft het bepalen van deze afwijking in het geheel geen zin. In de tweede plaats is de gemiddelde afwij king van het salvo niet hetzelfde als de afwijking van het gemid delde trefpuntde toevallige spreidingsafwijkingen, waarmede de 3 of 4 schoten van het salvo aangedaan zijn worden mede waar genomen, zonder dat de vuurleider in staat is ze als zoodanig te onderkennen. Zoodra nu het salvo minder dan 2 LSgo van het doel valt, en dat zal als regel reeds dadelijk nadat het eerste salvo op de bovenaangegeven wijze is gecorrigeerd, het geval zijn, zal het dus zeer de vraag zijn of hetgeen men ziet wel een afwijking van het gemiddeld trefpunt is toch zal men, waar de schietsprei- ding nogal groot is, spoedig geneigd zijn op de afwijking van een enkel salvo te corrigeeren, hetgeen theoretisch onjuist is en in de practijk dikwijls zal blijken fout te zijn. Tenslotte kost het verwerken van de waarnemingen op het vuurleidingsplanchet tijd; wil de vuurleider de uitkomsten gebruiken, dan dient hij ze af te wachten en dit is in strijd met het allereerste principe van de kustartillerie „zoo snel mogelijk ingeschoten zijn". Resumeerende blijkt het waarnemen uit twee punten voor het eerste salvo voor deelen te hebben daarna kan de in de batterij opgestelde vuur leider best zonder en kan e.e.a hem alleen maar nadeelen berok kenen. Het spreekt echter wel vanzelf dat de vuurleider wanneer hij op de een of andere manier het doel geheel is kwijtgeraakt, verstandig doet met nu weer wèl zijn waarnemer te gebrui ken 211

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 11