4 Zoodra de dreigende a.i.s. wordt onderkend, wordt halt ge
houden en worden automatische wapens op co. van den
brigade (km.) of sie. (mitr.) cdt. opgesteld op of terzijde van
den weg (geen groote verplaatsingen) klaar om het vuur te
openen in de opgegeven vuurstrook. De voor het afgeven
van vuur aangewezen afdeelingen infanterie komen snel en
ordelijk in stelling.
5. Er wordt slechts gevuurd op vliegtuigen, welke recht of nage
noeg recht op het wapen aanvliegen of die, na over de stand
plaats van den schutter te zijn heen gevlogen zich daarvan
verwijderen e.e.a. voor zoover de vliegtuigen zich in de op
gegeven vuurstrook vertoonen.
6. Vuuropening z.m. voor mitrn. op 800 m. voor kmn. en inf.
op 600 m.
Wijze van vuren voor de automatische wapens vuurstooten
te verdeelen over den tijd tot het aanvallend vliegtuig tot
dicht voor het wapen genaderd is (te rekenen op een vlieg-
snelheid van 60 tot 80 m per sec.) voor de inf. goed gericht
voortgezet individueel vuur.
Bij vervolgend vuur wordt dit geopend zoodra het vliegtuig
is gepasseerd en voortgezet tot vorengenoemde afstanden.
B. Gedragregels voor den troep.
1. Een uitmuntende marschdiscipline.
2. Kalm blijven niet schreeuwen of roepen.
Rustig de bevelen geven en uitvoeren.
3 Het nemen van afstanden tusschen de verschillende afdee
lingen buiten die, welke zijn voorgeschreven in punt 91 A.T.V.
(oud), is slechts daar noodig, waar voor het in wei king
brengén van de automatische wapens eenige bewegingsvrij
heid (10 pas) moet worden gelaten.
4 Onmiddellijk na het halt houden bedoeld in A. 4 legt een
ieder die niet belast is met de zorg over paarden zich buiten
den weg z.m. in de bermsloot plat neer. Eerst opstaan 2 minu
ten na den aanval (gevaar van vuur van verderop opgestelde
afweerwapens)
5. Ruiters stijgen snel af en houden hun paard bij den teugel.
Een ieder die belast is met het geleiden van paarden wijdt
zijn volle aandacht aan de hem toevertrouwde dieren. Indien
zulks zonder groote verplaatsing mogelijk is, wordt dekking
gezocht.
204
