Te 6.20 wordt de marsch voortgezet en op het traject DJATI 1
KEBAJORAN worden de bevolen afstanden genomen.
Thans zullen wij een oogenblik C. Inf. XIV zijn gang laten gaan
en ons begeven naar Cav. 1.
C. Cav. 1 is te 5.00 (13-12-35) uit het Cav. kampement „MEN-
TENG" afgemarcheerd met opdracht: „Vaststellen of brug PE-
SANGGRAHAN bezet is, zoo niet: dan den vijand beletten zich
van deze brug meester te maken".
Cav. 1 passeert te 5.40 de brug DJATI 1, alwaar C. sie. 12.7 zich
meldt; deze ontvangt de opdracht voorloopig achter het eskadron
te volgen (tot KEBAJORAN kan met zeer eenvoudige veiligheids
maatregelen worden volstaan).
Te 6.55 wordt KEBAJORAN bereikt. C. Cav. 1 ontmoet aldaar
C. cie. 1st. en deelt hem zijn opdracht mede; deze vertelt hem, dat
van den vijand niets is bemerkt.
Te 7.00 passeert het eskadron Z. rand KEBAJORAN met veilig
heidsmaatregelen; spits vooruit, terwijl een doorzoekingspatrouille
wordt gezonden over hpt. 26 (1296) langs karreweg ri. hpt. 34
(1094) en langs paardenpad O. van den marschweg naar LEBAK-
BOELOES 1 (1292).
Met het gros aangekomen ter hoogte van Part. Land PONDOK-
PINANG (1295) ontvangt C. Cav. 1 van de spits bericht, dat vuur
werd ontvangen van W. oever PESANGGRAHAN W. van hpt.
36 (1192), sterkte vijand onbekend.
Naar aanleiding hiervan zendt C. Cav. 1 het volgende bericht
aan den det.cdt. (eerste aanraking).
Cav. 1.
Part. Land (1295), 13-12-35, 7.55.
Bericht nr.: 1.
1. Spits ontving te 7.40 vuur van W. zijde brug PESANG
GRAHAN, W. van hpt. 36 (1192); sterkte vij. onbekend.
2. Ik tracht nadere gegevens te verkrijgen, ook omtrent het
al of niet bezet zijn van de brug Z. van KAMPOENGGOE-
NOENG 4.
3. Ik zond een patrouille over hpt. 26 (1296) KEDAWOENG
(1195) in Z. richting, waarvan nog geen bericht werd ont
vangen.
4. Nadere berichten volgen.
C. Cav. 1.
Telefonisch (mvbp. 3) aan
Det.cdt.
254