commandant van het Westelijke leger had hij door bevoordeeling
van tal van zijn ondergeschikten, en door vele officieren geschen
ken te geven, een nauwen band weten te vormen tusschen zich
en dat leger. Een dergelijk gunstbetoon verdiende die legermacht
overigens allerminst; want feitelijk vormde zij slechts een groote
groep oproerigen. Met dat al had Bernadotte zich een macht ge
schapen het eenige dicht bij Parijs staande leger welke voor
NAPOLÉON een bepaalde bedreiging vormde. Het plan, bekend
als de conspiratie van Rennes, was nu als volgt: op het Paasch-
feest, 28 germinal (18 April 1802), zou men NAPOLÉON „de
apotheose van Romulus bereiden" 1), door hem tijdens de herden
king van het Concordaat in de Notre Dame te vermoorden; daarna
zou het Westelijke leger onder Bernadotte's stafchef Simon naar
Parijs oprukken en de macht veroveren.
Er waren echter 2 feiten, welke de samenzweerders over het
hoofd hadden gezien. Ten eerste was het Westelijke leger wel
een troep ontevredenen en oproerlingen, maar toch geen moor
denaarsbende; en verder was NAPOLÉON, al liet hij niet openlijk
blijken dat hij op de hoogte was, best in staat om zich te verdedi
gen. Langs den weg naar de kathedraal wemelde het dan ook op
den bewusten dag van keurtroepen, terwijl in de kerk 4 bataljons
stonden, met de bajonetten opgeplant, zoodat er van een moord
niets kon komen. Vrij zeker is het, dat Joseph 2), NAPOLÉON's
oudste broeder, in het complot was; en bepaald opvallend was
het stellig, dat NAPOLÉON's verzoek om tijdens de plechtigheid
de plaats naast hem in te nemen, door Joseph, die blijkbaar uit de
schootslijn wilde blijven, werd afgewezen. Bernadotte had zich
een soort alibi weten te construeeren, door met zijn vrouw naar
buiten te trekken zoodra hij merkte dat de aanslag niet doorging;
waarbij hij terecht rekende op de stilzwijgendheid van
Simon. NAPOLÉON heeft de samenzwering niet laten uitpluizen,
omdat hij niet weten wilde; wat overigens aan zijn oordeel over
Bernadotte niet te kort heeft gedaan: „Ne me parle pas de ce
bougre-la. II a mérité d'être fusillé!"
De senaat had inmiddels NAPOLÉON's consulaat met 10 jaren
verlengd, waarmede deze zich echter niet kon vereenigen. Hij
besloot daarom het volk te laten oordeelen over de vraag: „Le
Peuple francais sera consulté sur cette question: „Napoléon Bo
naparte sera-t-il Consul a vie?" Natuurlijk was de uitslag overeen-
291
Die apotheose, de vermoording van Koning Romulus, werd opgevoerd
onder de leuze „Wij hebben geen Romulus noodig om Rome te behouden
Bernadotte, die gehuwd was met Désirée, Eugenie Clary (NAPOLÉON's
jeugdliefde), was Joseph's zwager, die gehuwd was met Julie Clary beide
dochters van een gefortuneerden zeepfabrikant. „Si Bernadotte a été maré-
chal de France, prince de Pontecorvo et roi, c'est son mariage qui en est
la cause." NAPOLÉON heeft hem al zijn misdragingen steeds vergeven met
het oog op Désirée, de latere Zweedsche Koningin.