Ook in zijn opvattingen is hij sterk individualistisch met geen enkele collectieve neiging. Daar het overigens een goed en plichts getrouw werker is, werd ten overvloede de meening van den keu rende Officieren van Gezondheid ingeroepen, die hem op grond van het bovenstaande absoluut ongeschikt achten voor opneming in het Kon. Ned. Ind. Leger. Nijmegen, enz. 3. Als boven. De cavalerist 2e klasse, enz. liet zich reeds vanaf de aanvang kennen als een onbehol pen en dom element. Terwille van zijn grooten ijver en gewillig heid werd hij echter nog niet voor ontslag voorgedragen en werd gepoogd iets van hem te maken. Gedurende de 8 weken, waarin hij bij de Koloniale Reserve diende, kwam eenerzijds geen verbetering in zijn gebrekkige capa citeiten, terwijl anderzijds bleek dat zijn aanvankelijk gunstige uitingen minder voortkwamen uit innerlijken aanleg, doch meer een gevolg waren van den indruk van het nieuwe. Datgene wat uiterlijk op een groote mate van gehoorzaamheid en gevoel voor discipline leek, bleek later slechts een soort angst voor het per soonlijk overwicht zijner superieuren, waaraan een eind kwam zoodra hij buiten de invloedssfeer dier superieuren geraakte. Nijmegen, enz. 4. Als boven. De kanonnier 2e klasse, enz. is iemand met goede hersens en ijver, die in vele opzich ten goed voldeed doch voortdurend aanleiding gaf, te twijfelen aan zijn aanpassingsvermogen aan de militaire discipline. Zijn eerstgenoemde goede eigenschappen waren oorzaak, dat inzake zijn weinig gevoel voor tucht en onderwerping, meer geduld werd betoond dan normaal te doen gebruikelijk is, en tot nu toe nog geen voorstel tot ontslag werd ingediend. Toen de klas waartoe hij behoorde, voor de eindbeoordeeling kwam, kon hij op grond van genoemde tekortkoming, niet voor vaste aanneming worden voorgedragen. Hij werd toen in een jon gere klas ingedeeld, waar zijn gebrek aan gevoel voor discipline steeds duidelijker aan het licht kwam, en zijn gevoel voor tucht thans als beslist onvoldoende moet worden beoordeeld. Bij het typologisch onderzoek werd hij geclassificeerd als „Ner veus" met als cijfer voor algemeenen indruk „5". Nijmegen, enz. 420

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 26