Toelichtingen. ad. 4. Het is noodig, dat de bat. cdt. alvorens te gaan verken nen eenige maatregelen treft. Het is o.a. gewenscht, dat een der kapiteins achter blijft en tijdelijk het commando over het bataljon neemt, immers de troep moet worden gelegerd en maatregelen ter beveiliging van de legering moeten worden genomen. ad. 5. De bat. cdt. geeft hier aan, waar de bat. st. moet legeren. Doet hij dit niet, dan bestaat er kans, dat C. 4e cie. een goede plaats voor zijn bat. cdt. uitzoekt, welke echter minder gunstig is gelegen in verband met gebeurlijk binnenkomende berichten. Bij de legering van de andere onderdeelen kan al rekening worden gehouden met een afmarsch in W. ri. ad. 6. De mogelijkheid is niet uitgesloten, dat de bat. cdt. eerst laat van de verkenning terugkeertnu weet C. 4e cie., dat te 19.00 bij hpt. 36 moet worden gefourageerd hij kan dus voor de verpleging maatregelen nemen. Het bevel heeft niet meer dan 15 min. in beslag genomen, zoodat C. Inf. XII, vergezeld van zijn adj. benevens C. vb. brig, met 2 ordonnansen te 16.05 per rijwiel ter verkenning vooruit kan gaan. Te 16.20 ontmoet hij 400 m. Z. van de houten brug den det. cdt., die zich aldaar in gesprek bevindt met C. 4- Inf. XIV en verneemt e.e.a. omtrent 's vij. opstelling, waarvoor moge worden verwezen naar blz. 368. De det. cdt. deelt hem mede, dat de aanval verrassend moet worden ingezet, zonder voorafgaande inleidende beschieting; ter misleiding zal de aanval van Inf. XIV met vooraf gaande inleidende beschieting voorafgaan aan dien van Inf. XII een en ander wordt nader geregeld in het „aanvalsbevel" hetwelk eerst hedennacht 13/14-12-35 kan worden tegemoet gezien. Nadat de det. cdt. is vertrokken, vraagt C. Inf. XII aan C. 4- Inf. XIV nadere gegevens omtrent de opstelling der cie. Hij ver neemt, dat de cie. den Z. rand van het schaars bewoonde terrein tegenover TJIREUNDEU bezet heeft van de bocht in de K. PE- SANGGRAHAN 500 m Z. van de houten brug tot aan de sawah 400 m W. van den karreweg; 2 sien. vóór, de 3de sectie bevindt zich in reserve 200 m achterwaarts aan den karreweg de sie. mitr., welke aan de cie. is toegevoegd, is opgesteld 300 m N. van TJIREUNDEUde W. gevechtsbeveiliging sterk één gv. groep bevindt zich in het schaars bewoonde terrein onmiddellijk O. van S. GINTOENG in O. ri. bestaat gezichtsverband met de sie., welke zich tegenover KARANGTENGAH 2 bevindt. Intusschen hebben de cies. cdtn., de cdt. van het pel. mitr. en de cdt. van het pel. mrt. zich gemeld. 459

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 71