De bat.cdt. stelt zich thans in telefonische verbinding met den det.
cdt. en vraagt meer munitie voor de mortieren; deze zegt hem 600
gn. toe (100 per stuk) op avup., 14-12-36, 4.30. C. Inf. XII kan dus
onmiddellijk rekenen op ruim 2 dagvoorraden (228 schoten per
stuk)
Voorloopig heeft de bat.st. rust, het aanvalsbevel zal nog gerui-
men tijd op zich laten wachten. Het aanvalsbevel toch zal de det.
cdt. zoo laat mogelijk uitgeven, teneinde zekerheid te hebben, dat
zijn plannen kunnen doorgaan. Wordt het aanvalsbevel vroeg ge
geven, dan bestaat er kans, dat eenmaal gegeven bevelen moeten
worden herroepen hetgeen z.v.m. dient te worden voorkomen.
Te 0.40 ontvangt C. Inf. XII het aanvalsbevel, zie blz. 369. Het
uur van afmarsch is vastgesteld op 3.15. Tevens is in het bevel
voor het innemen van de uitgangsopstelling bevolen (punt 7,) dat
de onderdeelen na het passeeren van de houten brug zonder nader
bevel de opstellingen moeten innemen. Het is dus zaak, vóór den
afmarsch, het aanvalsbevel uit te geven. Het behoeft geen groot
bevel te worden; teneinde de cies.cdtn. niet te lang uit den troep
te houden, geeft hij zijn luit.adj. opdracht, de cies.cdtn., den cdt. pel.
mitr., den arts, den cdt. Vb.brig. en den C. G.T. te 2.45 te ontbieden.
Zij melden zich op genoemd tijdstip waarna de bat.cdt. het volgen
de aanvalsbevel dicteert:
Inf. XII, nr. 1. LEBAKBOELOES 1, 14-12-35, 2.45.
Aanvalsbevel.
1. Vijand en eigen troepen.
a. In den toestand bij den vijand en bij Inf. XIV is geen
wijziging gekomen.
b. Inf. XIV zal zich na voorafgaande inleidende beschie
ting A. I Hw. van 5.30 5.55 meester maken van het terrein
a cheval van den marschweg en vervolgens a cheval van
den marschweg doorstooten.
2. Opdracht Inf. XII.
Inf. XII pel. mrt. zal zich meester maken van TJIREUN-
DEU en vervolgens doorstooten a cheval van den karreweg,
teneinde zich in het bezit te stellen van het schaarsbewoonde
terrein PONDOKTJABEHILIR. Aanval moet te 6.10
worden ingezet.
468