Massenbach, besloten was om door den overgang naar den re.- Saale-oever het hoofdleger te dwingen om te volgen, hoewel hij wist, dat dit niet de bedoeling van den Opperbevelhebber was. Dat hij zijn nevenbedoeling niet aan zijn commandant, den Fürst zu Hohenlohe, wiens sterken zin voor discipline hij kende, mede deelde, ligt voor de hand doch er waren genoeg analyses uit te denken om zijn verborgen bedoeling te maskeeren. De „kunst" van ongehoorzaam zijn De „plicht" tot ongehoor zaam zijn Het is een gevaarlijk systeem dat de ongehoorzaamheid als moge lijkheid aanvaard onafhankelijk van de nadere bepahng als kunst werk dan wel als plichtsuiting Natuurlijk zijn wij allen eensgezind in onze veroordeeling van het streven van den Kolonel Massenbach nu hij door zijn ver borgen dwingen alle goede gevechtskansen verknoeit, zooals wij later zullen zien. Maar de vraag is gewettigd, wat ons oordeel zou zijn geweest als zijn drijven eens tot een groot succes zou hebben geleid En ookhoe wij ons voorstellen om de neiging tot ongehoorzaamheid en critische beoordeeling van ontvangen bevelen, welke bij sommige volksaarden niet zeldzaam is, te be teugelen, als wij de ongehoorzaamheid zelf bij bepaalde (achteraf geschikt gebleken) gevallen als een kunstwerk of een uiting van plicht aanvaarden De schrijvers van de zeer belangwekkende studiën over dit onderwerp in het I.M.T. zullen, naar ik hoop, instemmen met mijne meening Dat het heter is om zich niet onnoodig over „toelaatbare ongehoorzaamheidte uiten, dit vraagstuk in voorschriften noch reglementen te behandelen en te omlijnen, en zijn op lossing geheel over te laten aan 's menschen aard; indachtig het feit, dat het aankvoeeken van „stipte gehoorzaamheid" met onderdrukking van de individualiteit al zoo moeilijk is, bijna onbereikbaar, dat het overdrijving schijnt zich ook nog te verdiepen in de voorwaarden, waaronder na die stipte gehoorzaamheid te hebben verkregen van haar zou kunnen en moeten word,en afgeweken. 499 „Der Unterführer darf, so lange und so weit er durch die Entfernung „vom Oberfeldherrn selbststandig wird, nur insofern von den ihm zuge- „gangenen Befehien abweichen, als die Umstande an Ort und Stelle „von den seitens des Oberfeldherrn vorausgesetzten Umstanden abwei- „chen, und als die selbststandigen Abanderungen sich mit den bekannten „allgemeinen Intentionen des Oberfeldherrn im Einklang befinden. An „der Peripherie aber grosze Politik und Strategie treiben zu wollen, „ist stets vom Uebel und kann nur zu zeitraubendem Hin- und Her- „ziehen, Unsicherkeit und Konfusion führen." Hohenlohe, a, b, blz. 61.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 13