Op den O. oever van deze rivier kunnen groote schootsvelden worden verkregen, waarvan dus zooveel mogelijk gebruik moet worden gemaakt, temeer daar het terrein tusschen TJIKARANG en BEKASI in dit opzicht veel ongunstiger is. Voor het inrichten van de hoofdstelling komen twee terreinen in aanmerking t.w.: Ie. de bedekte strook N. en Z. van H. LEMAHABANG; 2e. een meer achterwaarts gelegen terrein van niet-aaneenge- sloten kampongcomplexen in de lijn GOMBONG-TJABANG. Het eerste terrein heeft vooral wat het schootsveld betreft groote voordeelen, doch het nadeel, dat het aan 's vij. zijde geheel open ligt, zoodat het inrichten van de stelling den volgenden morgen onder directe gevechtsaanraking zou moeten geschieden. Door echter in bedoeld terrein een sterke voorpostenstelling te plaatsen, zoodat ook „een poging tot gewelddadige verkenning van krachtige vij. verkenningsafdeelingen kan worden afgewezen" A.T.V. II 115 (1) kan ten volle gebruik worden gemaakt van de gunstige terreinsomstandigheden. Bovendien zal het innemen van de hoofd stelling onder dekking kunnen geschieden, zoodat het element van verrassing voor deze stelling niet wordt verwaarloosd A.T.V. II 68 (1 Het tweede terrein heeft eveneens een goed schootsveld terwijl het tusschengelegen terrein geheel met vuur kan worden bestreken. Bovendien kan uit de sterke vleugelopstellingen flankeerend vuur worden gebracht nagenoeg voor het geheele front. De Det. cdt. beslist dat een sterke voorpostenopstelling in het eerstgenoemde terrein zal worden geplaatst, terwijl de eigenlijke „eerste stelling" in de tweede terreinstrook zal worden ingenomen. Voor een volgende weerstandslijn meer achterwaarts komt in aanmerking de lijn O. rand kpg. complex KEDOENGGOÖNG, W. oever TJIKARANG-O. rand kpg. BODJONGKONENG. Een op stelling in den O. rand van KEDOENGGOÖNG beheerscht het terrein op den Z. vleugel terwijl het middendeel van deze stelling gebruik maakt van de rivier als hindernis met rawah en sawah- terrein op den O. oever, en hier mede eenig schootsveld te vinden is. Het N. deel van deze stelling, de O. rand van BODJONGKO NENG heeft een goed schootsveld zoowel in O. als in N. richting. De N. vleugel is aangeleund aan een groote sawahvlakte. De hier aangegeven stelling heeft voorts het voordeel, dat hieruit het terug gaan van de troepen uit de eerste stelling kan worden ondersteund, voor het geval dat dit teruggaan overdag zou moeten geschieden. Verder westwaarts biedt het terrein nergens een behoorlijk schootsveld, terwijl een stelling in dat terrein gemakkelijk in het Z. kan worden omtrokken en derhalve spoedig zal moeten worden ontruimd. De riviertjes, die het terrein doorsnijden mogen boven dien den naam van terreinhindernis nauwelijks dragen. Z.n. kan nog 525

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 41