c. de opstellingsplaatsen van mortieren, zware mitrailleurs, mi trailleurs, karabijnmitrailleurs en k. (gw.) groepen, voor zoo ver zij een aandeel hebben in het verdedigend gevecht; d. de vuurstrooken met vuurhorizon voor mortieren, zware mi trailleurs, mitrailleurs en karabijnmitrailleurs en de vuurrich- ting van k. (gw.) groepen e. de gedeelten van vuurstrooken, welke niet bestreken kunnen worden f. de automatische wapens, bestemd voor luchtdoelbestrijding g. de zware mitrailleurs, bestemd voor de bestrijding van pant serauto's en vechtwagens h. de vuren, welke bij duisternis of nevel kunnen worden afge geven en de plaatsen, vanwaar de seinen voor het ontketenen van het nachtelijk vuur zullen worden gegeven i. de opstellingsplaatsen van zoeklichten en terreindeelen, wel ke kunnen worden verlicht j. de voorbereide artillerievuren; k. de vuursteun, welke van nevenafdeelingen wordt ontvangen. In de „Toelichtingen" dienen bepalingen betreffende het ont ketenen van de verschillende vuren te worden opgenomen, o. a. a. welke artillerieafsluitingsvuren overdag rechtstreeks aan den artilleriecommandant kunnen worden aangevraagd en hoe deze aanvraag geschiedt b. of het vuur bij duisternis of slecht zicht compagnies- of batal- jonsgewijze zal worden ontketendvaststelling van de seinen waarop het ontketenen plaats heeft en de wijze waarop de bekendmaking wordt herhaald duur van het vuur. Als algemeene regel geldt, dat, nadat een vuurschets is inge diend, wijziging in de vuurverdeeling slechts mag plaats hebben met instemming van den naasthoogeren commandant. Voorbeeld (zie bijlage). En thans de vuurschets van het bataljon (de vuren in de hoofd- weerstandsstrook zijn niet op deze vuurschets aangegeven enkele kmn., van de compagniesreserves, welke geen vuur vóór de hoofd- weerstandslijn kunnen brengen, zijn zonder vuurstrook getee- kend) Inf. VIII heeft als linkervoorbataljon van 6 R. I. opdracht, het terrein PANTJAWATI 1 BAB. DJATI 2 DAPOERARENG, tegen een uit O. richting oprukkenden vijand, ter hardnekkige verdediging in te richten. De reg.cdt. is o.a. vergezeld door den commandant van de afd. artillerie, welke voor rechtstreeksche steun van 6 R. I. is aangewezen en door C- M. 6 ter verkenning vooruit gegaan en heeft o.a. nagegaan op welke wijze het vuur moet worden geor ganiseerd. 640

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 48