a.a. toeschrijven en bij een tijdvuur bovendien een sneller branden
van de sasringen constateeren-
In verband met den geringen hoek, welken de richtlijn afwijkt
van den juisten stand en wel met betrekking tot de mogelijk te
verwachten terreinhoekfout, zoomede de maximum doeldiepte,
zullen, zoowel bij een g.- als bij een gk.-vuur de, zij het dan theo
retisch niet juist bepaalde, gegevens (een onjuisten terrein- en
richthoek te zamen opleverende de juiste elevatie) zich practisch
bij het uitwerkingsvuur niet doen gelden. Een enkel voorbeeld
moge dit duidelijk maken:
Vurende op 4 km, met een terreinhoekfout van 10°/Oo en
strooiende over eene diepte van 500 m, zal in het ongunstigste
geval, nml. dat op een der begrenzingen, bijv. de begrenzing,
van het doel ingeschoten was op den versten afstand van het
uitwerkingsvuur de richtlijn en daarmede het springpunt eene
onjuiste verhooging van 400 m 100 4 m of wel l°/0o ondervin
den.
Indien aan de hand van een kaart 1 50.000 het doel 12% m te
hoog en het directiestuk 12 m te laag was bepaald, zou op 4 km
vurende de terreinhoekfout slechts 6°/0o en de hiervoor genoemde
verhooging van het gemiddelde springpunt op den versten afstand
slechts %%o hebben bedragen.
ad H.
Beschouwen wij thans het geval, dat de ad I genoemde veld-
batterij de vuurgegevens moet overgeven en wel aan een bat
terij, waarvan de hoogte juist bepaald werd.
De verschillende mogelijkheden, welke zich hierbij kunnen voor
doen, kunnen als volgt worden samengevat
a. Oorzaak terreinhoekfoutde hoogte van het inschietpunt
werd 12 m te groot bepaald.
b. Oorzaak terreinhoekfout de hoogte van het directiestuk
werd 12 m te klein bepaald.
c. Oorzaak terreinhoekfout de hoogte van het inschietpunt èn
het directiestuk werden beide onjuist bepaald.
ad a) Eenvoudigheidshalve aannemende, dat de daginvloeden
elkaar opheffen en de buizen normaal branden, zal de batterij o.m.
overgeven:
Bijlage VIII.
17. Afstand 100 m minder.
18. Regelaar4 minder.
Toelichting:
De inschietbatterij zou met Regelaar 18, 14 en 10 een schijnbare
SH van resp. 8, 4 en 0 bereiken, zie fig. 2: Si, S2 en S3.
646
