Naast den jongen met einddiploma Mulo of zelfs H.B.S. zit een ander, die slechts zes, en soms nog minder, klassen van de lagere school moeizaam doorloopen heeft. Het spreekt van zelf, dat de meer ontwikkelden over het algemeen vlugger 'begrijpen, waar het om gaat, dan de anderen. Nu zijn er twee mogelijkheden óf deze jongens wekken den schijn met zeer veel belangstelling de uiteenzetting van den kl.cdt. aan te hoor en, gevolg: de aanteekening „bij den dienst", of deze jongens, bemerkend, dat zij de zaak al lang begrepen hebben, dwalen af met hun gedachten en hangen dan wel eens niet met die aandacht aan de lippen van den onderwijzer-kl.cdt. als deze wel zou wenschen gevolg, de aanteekening „bij buien". De laatste groep krijgt daarmee een testimonium van inactiviteit, terwijl hun afdwalen tijdens de les niets met inactiviteit uitstaande heeft. Men meene niet, dat bovenstaande gang van zaken, gezocht of theoretisch is, integendeel, meermalen kreeg ik op mijn vraag om motiveering van zijn oordeel „bij buien", van den kl.cdt. ten antwoord„hij dwaalt bij de les wel eens af, is er lang niet altijd met zijn volle aandacht bij", terwijl de luitenant-cdt. van het suppletie-detach. mij de verzekering gaf, dat de verklaring hiervoor moest worden gezocht in de meerdere ontwikkeling, het vlugger begrip van den jongen. De derde vraag gauw uit het veld geslagen of niet" levert al evenzeer moeilijkheden. De enkele maanden, welke de recruten bij de Koloniale Reserve verblijven, verloopen als regel zonder emotievolle gebeurtenissen, d.w.z. zonder voorvallen, waarbij de recruten genoodzaakt zijn een meer actieve rol te spelen. Het ge volg hiervan is, dat de kl.cdt- voor de beantwoording van deze vraag af moeten gaan op kleinigheden, die volstrekt niet als deug delijke criteria mogen gelden voor de eigenschap „al of niet gauw uit het veld geslagen zijn". Meestentijds wordt het volgende als bewijs aangehaaldvragen, door den kl.cdt. gesteld, dus door een den recruut vertrouwd geworden persoon, worden goed be antwoord stelt nu de afdeelings- resp. de detach.cdt. (een sergt. maj. of een der officieren) dezelfde vragen, dan gebeurt het, dat de man met den mond vol tanden staat. Hoewel hier inderdaad iets in zit van spoedig de kluts kwijt zijn, van „uit het veld geslagen zijn", voldoet dit toch geenszins aan de bedoeling van de derde vraag. Gaan wij n.l. weer na, met welke grondfunctie de eigenschap „gauw uit het veld geslagen zijn" correlaat is, dan blijkt dit niet-activiteit te zijn. In ons voorbeeld is echter veeleer tot de aanwezigheid van de grondfunctie „emotionaliteit" te con- cludeeren. Een andere motiveering, welke ik nogal eens te hooren krijg, is de volgende „wanneer hij een uitbrander krijgt, is hij onder een hoedje te vangen, dan laat hij het hoofd hangen". Ieder be- 652

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 62