1. gebrek aan draadverbindingen, 2. slechte voorbereiding, 3. gebrekkige organisatie, 4- ongeoefendheid, 5. onkunde. Volgens Hutchinson („Les dessous des archives secretes") en Sydney Really (van den Britschen Secret Service) was er boven dien nog een andere oorzaak, nl. corruptie en verraad. Wat de organisatie betreft, kan nog worden meegedeeld, dat er zelfs radio-af deelingen te velde zijn getrokken, welke niet eens in het bezit waren van vercijferingsvoorschriften. Het seinen in klare taal schijnt echter vrij spoedig als een grove fout te zijn on derkend, want na betrekkelijk korten tijd hield men daarmede op, en ging over tot het seinen van berichten, welke gedeeltelijk waren vercijferd en gedeeltelijk in klare taal waren gesteld. Het kon dan ook niet lang duren of de Russen ondervonden aan den lijve, dat het ontsluieren van dergelijke berichten een voor den vijand betrekkelijk eenvoudig werk was. Kort daarop staakte men ook deze wijze van berichtgeving, en ging tot algeheele vercijfering over (ons V.G.B. verbiedt ten rechte eens en vooral het bezigen van klare taal en vercijfering in één en hetzelfde bericht, in pt. 25 g, blz. 34). Van eenige vercijferingsdiscipline was echter geen sprake; het moet zijn voorgekomen, dat cijfertelegrammen in klare taal werden herhaald, zoodat men de teksten maar naast elkaar had te leggen, om een inzicht in de wijze van vercijfering te verkrijgen. Tenslotte kon uit een antwoord in klare taal op een cijfertele gram vaak de inhoud van dat cijfertelegram worden opgemaakt, hetgeen de ontsluieringskansen gunstig beïnvloedde [vgl. het gestelde in V.G.B. ptn. 25 f en 22 (5)]- Het Russische cijferschrift bleek van een zeer eenvoudig type te zijn; nochtans drong men aan op een nog eenvoudiger systeem, omdat het vigeerende systeem in het gebruik te moeilijk bleek (zie t.a.p.). Niettemin hebben de Russen toch gedurende den geheelen oorlog in den waan verkeerd, dat de inhoud van hun draadlooze cijferberichten voor den vijand geheim was gebleven. Generaal Ronge deelt in zijn werk„Kriegs- und Industrie Spionage" mede, dat het op 19 Sept. 1914, d.i. 50 dagen na het begin van den oorlog, voor het eerst gelukte om het Russische cijferschrift te ontsluieren, en dat van dien datum af bijna ononder broken alle door den Oostenrijkschen Intelligence-Service opge vangen berichten konden worden meegelezen. Slechts op momen ten, waarop men tot het gebruik van een anderen sleutel dan wel van een ander geheimschrift overging, trad eenige stagnatie in. De duur van die stagnatie werd echter hoe langer hoe geringer, aangezien 736

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 40