777
Taak.
a. Voor zelfstandig optreden zijn aan de infanterie hulpwapens als art.,
pioniers en paun. toegevoegd het geheel vormt een lichte brigade of
lichte divisie. Bij den opzet heeft op den voorgrond gestaan, de cavalerie
te vervangen door een troep met meer snelheid en grootere actie-radius
en in staat om, zonder vermoeid te geraken, groote afstanden af te leggen.
De taak komt dan ook veel overeen met die der cav.: op grooten afstand
vooruit inzetten ageeren tegen de flanken of in front, na een gelukte
doorbraak de evenwijdige vervolging is van deze detn. de groote kracht
meestal zullen zij niet aangeleund zijn hun opdracht is niet, de beslis
sing te bevechten, doch korte, plaatselijke aanvallen uit te voeren. Voor
de verdediging zijn zij minder bruikbaar, doch voor de vertraging leenen
zij zich zeer goed.
b. In verband met andere troepen, vormen zij meestal niet het sterkste
gedeelte van het geheel. Toegevoegd aan pantser-eenheden, hebben zij
een ondersteunende taak bezetten van belangrijke punten steun bij
overwinnen van weerstanden uitbreiden van het succes der paun.
Voor- en nadeelen.
De kenmerkende eigenschap van een dergelijk det. is de groote marsch-
snelheid (30 a 35 km/uur; 200 a 250 km/dag), terwijl de troep bij aankomst
ter plaatse nog frisch is. Verschuivingen achter het front kunnen met groote
snelheid en nauwkeurigheid worden uitgevoerd.
Hiertegenover staat, dat de troepen op of in de auto's en bij het uitstijgen,
weerloos zijn. Wordt, om te ontkomen aan de mogelijkheid om op die ongun
stige momenten aanraking met den vij. te krijgen, het middel toegepast, om
vroegtijdig de auto's te verlaten, dan gaat vaak het voordeel van snelheid
voor een groot deel verloren.
Soort transportmiddelen.
1. Gewone vrachtauto's zijn voor gemotoriseerde verbanden onbruikbaar,
daar zij den marschweg in het geheel niet kunnen verlaten.
2. Speciaal gebouwde (veelassige) vrachtauto's beteekenen een belangrijke
verbetering v.w.b. de „Gelandegangigkeit". Toch kan niet worden gezegd, dat
zij voldoen.
3. Auto's met rupskettingen om de achterwielen zijn te beschouwen als
een verdere verbetering van de onder 2 genoemde transportmiddelen.
4. Motorrijwielen voldoen beter in het terrein; zij zijn sneller, bieden klei
nere doelen, de troepen lossen zich gemakkelijker in het terrein op en zijn
vlugger gevechtsbereid. Daartegenover staat echter dat het materieel zwak
ker is, meer inspanning van den troep wordt geëischt en de marschcolonne's
veel langer zijn (een bat. op auto's bij een marschsnelheid van 30 km/uur
heeft een colonnelengte van ruim 7 km voor een bat. op motorrijwielen
bedraagt deze ruim 13 km).
5. geeft in verband met den huidigen stand van het autovraagstuk de
voorkeur aan motorrijwielen, doch ziet voor de toekomst nieuwe wegen
open om de veiligheid tijdens het vervoer en de bewegelijkheid in het
terrein te verbeteren.
Het volgende wordt aanbevolen
a. Pantsering der voertuigen. Hoewel zwaarder, minder snel en meer
benzineverbruik, acht S. beveiliging tegen S. m. K. proj. tijdens den
marsch, een noodzakelijke eisch.
b. Verhooging van de „Gelandegangigkeit" door toepassing van ketting
constructies, niettegenstaande de snelheid hierdoor van 30 a 35 km
tot 20 km/uur wordt verminderd, de constructie ingewikkelder wordt
en het benzineverbruik toeneemt. Een gepantserde auto met ketting-