de waarschijnlijkheid a priori W q" mag slechts worden toegepast, indien voldaan wordt aan de voorwaarde, dat alle gevallen even waarschijnlijk zijn, hetgeen in zich sluit: a. dat alle schijven regelmatig over het doelenterrein zijn verspreid en b. dat het aantal verschoten patronen eveneens regelmatig over het doelenterrein worden verspreid. Aan deze beide voorwaarden wordt echter niet voldaan. 972 ORGAAN N.I.O.V. Het Augustusnummer opent met een portret van H. M. de Koningin en een onderschrift van de redactie, ter eere van den geboortedag van onze Vorstin. Daarna volgt een uit de Java-Bode overgenomen artikel van den heer Zentgraaff, waarin de bijzondere sfeer van het kerkhof PEUTJOET te KOETARADJA wordt geschilderd en hulde wordt gebracht aan de in den strijd gevallen kameraden. Dat ook het tegenwoordige geslacht de roemrijke daden uit het verleden niet vergeet, blijkt uit de plannen van den tegen- woordigen commandant van het Korps Marechaussee tot oprichting zij het op bescheiden schaal van een militair museum, hetwelk steeds de herinnering aan het groote verleden levendig zal houden. Het artikel „Het verre Oosten in 1936 (1 April 30 Juni)", wordt door W. J. LUOARDIE voortgezet. Voornamelijk worden behandeld het verschil in houding ten opzichte van JAPAN door N. en Z. CHINA de binnenlandsche toestand en de verhouding tot MANCHUKUO de buitenlandsche verhouding van JAPAN en MAN CHUKU O tot de overige Pacificlanden. De Kapitein der Infanterie Dr. J. M. SOMER herdenkt in „In memoriam professor Dr. C. SNOUCK HURGRONJE", dezen grooten Nederlander, waar aan alle Oostersche landen en in het bijzonder deze gewesten, zooveel te danken hebben. De Kolonel b.d. J. C. A. BANNINK behandelt in „Grepen uit den ATJEH- oorlog" enkele episoden uit den tijd van Generaal PEL. Met betrekking tot de pensioenen van officieren wordt e.e.a. medegedeeld in „De korting op de Indische pensioenen", ontleend aan het verslag van de Indische Pensioenskortings Commissie. In „Beëediging van de in 1936 benoemde officieren van het K.N.I.L. te NIJMEGEN" wijst E. er terecht op, dat de oplossing, om de nieuw benoemde officieren van gezondheid gelijktijdig met de tweede luitenants te beëedigen, een zeer gelukkige oplossing moet worden genoemd. Ten slotte treffen we nog aan „Mededeelingen van het Hoofdbestuur' „Van de afdeelingen", „Veranderingen", „Boekaankondiging" en „Uit Pers en Periodiek" terwijl tot besluit wederom de aandacht wordt gevestigd op het bestaan van „Bendor", den „Koninklijke Bond van gepensionneerde en eervol ontslagen officieren van Moederland en Koloniën en hunne Weduwen d. V.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 76