993
9. UIT DE PERS.
In het Utrechtsch Nieuwsblad van 24 Augustus 1936 troffen wij
het volgende zeer lezenswaardige artikel aan, geschreven door
Mr. J. C. Jager, Vice-Admiraal b.d.
SPANJE'S VLOOT IN DEN BURGEROORLOG.
LUCHTMACHT IS VAN GROOTE BETEEKENIS.
Tegenover de zeer groote bedrijvigheid van de luchtvloot
der opstandelingen bij de Straat van Gibraltar staat
een geringe activiteit van de Regeeringsvloot.
Het is uit de talrijke elkaar tegensprekende berichten, die door beide
partijen de wereld ingezonden worden, niet gemakkelijk juiste gevolgtrek
kingen te maken ten aanzien van de rol, die de Spaansche vloot bij den
opstand vervult. Enkele feiten, als het verblijf van een deel der Regeerings
vloot ter reede van Tanger en de aanhouding van het Duitsche stoomschip
Kamerun, bewijzen wel hoezeer in buitenlandsche kringen op de bewe-
gmgen der Spaansche oorlogsschepen gelet wordt en dat, voor zoover die
bewegingen of verrichtingen tegen de internationale overeenkomsten of
gebruiken indruischen, protesten niet uitblijven. In het geval van het stoom
schip Kamerun heeft dit zelfs tot scherpe instructies aan de bevelhebbers
der Duitsche oorlogsschepen in de omgeving der Spaansche wateren geleid,
die, naar te hopen valt niet uitgevoerd behoeven te worden, in verband
met de zeer ernstige gevolgen, die daaruit zouden voortvloeien. Grootere be-
hoedzaamheid in het optreden van de commandanten der Spaansche oorlogs
schepen tegen vreemde handelsschepen zal noodig zijn, aangezien daaraan tot
nu toe wel wat ontbrak. Ook Nederlandsche vaartuigen, die toevallig in volle
zee, buiten de territoriale wateren, het bombardement van een der havens in
het bezit der opstandelingen meemaakten, hebben dat van zeer nabij moeten
ondervinden.
De Spaansche vloot bestond bij het uitbreken van den opstand uit twee
pantserschepen van plm. 15.000 ton, de E s p a n a en de J a i m e I, voorts
één vliegtuigmoederschip, twee pantser- en vijf lichte kruisers, twaalf tor
pedojagers, dertien cnderzeebooten, benevens verschillende kleinere vaar
tuigen als torpedobooten, mijnenleggers en kanonneerbooten. Welke schepen
de zijde der opstandelingen gekozen hebben, is niet met zekerheid te zeggen,
maar uit het feit, dat aan hun actie in het Noorden tegen San Sebastiaan door
het pantserschip E s p a n a en den lichten kruiser Almirante Cer-
yera werd deelgenomen, blijkt wel, dat aan die zijde ook krachtige vlooteen-
heden meewerken.
De marinebasis Ferrol, op Spanje's Noord-Westkust, is in hunne han
den en daarmede ook de werf, waar alle groote Spaansche oorlogs
schepen gebouwd zijn en hersteld worden. Zeer onlangs schijnt men
daar met de herstellingen van twee pantser- en twee lichte kruisers
gereed gekomen te zijn en als die berichten juist zijn, zou het belang
rijkste deel der bovenwater vloot zich in handen der opstandelingen
bevinden. De duikbooten blijven vooralsnog aan de zijde der Regeering,
maar dat zou veranderen als Carthagena, de belangrijkste oorlogshaven
aan de Zuidoostkust, zich bij den opstand heeft aangesloten, zooals
dezer dagen verluidde. Aldaar worden op de marinewerven de onder
zeebooten en kleinere vaartuigen gebouwd, daar is hun hoofdstation
en dientengevolge zou de overgang van die stad de vloot der opstan
delingen belangrijk versterken. Uit de actie der vloot in de komende
dagen zal men kunnen afleiden, of het bericht betreffende Carthagena
op waarheid berustte.