In October 1845 werd von Moltke aangewezen als adjudant van den 64-jarigen Prins Heinrich von Preuszen, den derden zoon van Koning Friedrich Wilhelm IIeen man, die den dwang der vor stelijke waardigheid uit den grond van zijn hart haatte, en als vrijgezel in Rome leefde. Prikkelbaar, ijdel, ziekelijk (en daardoor 13 jaren lang bedlegerig), een erkend kunstkenner en vriend van allen, die zich in Rome tot de beroemdheden rekenden, was hij een man, die niet alleen een zeer betrouwbaar adjudant behoefde uit overwegingen van eerbetuiging, doch stellig ook uit een oog merk van voorzichtigheid tegenover buitenlandsche politieke invloeden. Overigens had hij het in zijn functie zoo weinig druk eens per dag opwachting maken en een uurtje praten over de nieuwtjes dat hij zijn oude topografische liefde weer kon gaan uitleven, en een begin maken met de opname van Rome en Omstreken (1 25000). i) Den 12 Juli 1846 stierf Prins Heinrich en reeds den zelfden middag was von Moltke op reis om persoonlijk den Koning het bericht te melden. In 7% dag reed hij naar Berlin, waar hem werd opgedragen 's Prinsen stoffelijk overschot, na aankomst van de korvet Amazone, aan boord van dit schip naar Hamburg te bege leiden. Von Moltke nu, behoorde tot de talrijke groote mannen, die door hun wilskracht schier alle moeilijkheden en lichamelijke indisposities weten te overwinnen, behalve de zeeziekte En op zijn tocht met de Amazone was het dan ook weldra zoo erg met hem gesteld, dat de kapitein hem in Gibraltar aan wal zette. Hij week hiermede af van zijn opdracht om 's Prinsen lijk naar Hamburg te begeleidenen dit is hem in Berlin aanvankelijk ook kwalijk genomen, omdat hij als adjudant onder alle omstandig heden op zijn post had behooren te blijven. 1007 „Man hat die Berichte über den Prinzen sehr brodiert. Wahr ist es, „dasz sein Zimraer mich lebhaft en die Zelle des Faust erinnert. Karten, „Bücher, Zeichnungen, Gemalde, Kalender, Femglaser, Papiere, Fla- „schen, kurz Urvater Hausrat, liegen vom Gesims bis auf die Bettdecke „des Prinzen, so wie sie seit den letzten 13 Jahren nach und nach „angekommen sind, herab. „Es begreift sich, dasz da nicht taglich abgestaubt werden kann „aber unreinlich ist es nicht, und die Erscheinung des alten Herrn hat „mich angenebm überrascht. Er tragt über seinem schottischen Schlaf- „rock ein braunes groszes Tuch, in welchem der schone Kopf mit weis- „zem, übrigens sorgfaltig gepflegtem Bart und Haupthaar wie der eines „Einsiedlers auf einem Gemalde von Domenichino aussieht. Man musz „übrigens eine hohenzollernsche Konstitution haben, um so 13 Jahre „zu Bett liegen zu können. Dabei ist der Prinz, wenn er nicht gerade „einen Gichtanfall hat, in der vortrefflichsten Laune." Aldus von Moltke's eerste indruk van zijn nieuwen chef. J) Hij nam hier 30 km2 op in amper 6 maanden geen slechte prestatie.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 12