Naast het hiervoor vermelde heeft het Roode Kruis in oorlogs tijd nog tot taak het in werking hebben van een Informatiebureau voor inlichtingen omtrent gewonden enz., en een Bijzondere Com missie voor toezicht op het verzenden van geschenken aan krijgs gevangenen en geïnterneerden, waarop straks nog nader wordt teruggekomen. Tenslotte bestaat voor bepaalde plaatselijke afdeelingen van het Roode Kruis nog een belangrijke civiele taak in oorlogstijd, name lijk de eerste hulpverleening aan de door gas getroffen burger bevolking, als onderdeel van een door de plaatselijke overheden te organiseeren luchtbeschermingsdienst. Ad II. Welk en hoeveel personeel is voor de uitoefening van de sub I bedoelde oorlogstaak benoodigd en in welke een heden is dit georganiseerd Het antwoord op deze vraag werd gegeven en uitvoerig gemoti veerd in Hoofdstuk III van het reeds vermelde Rapport1) het bestek van deze bijdrage laat niet toe daarop nader in te gaan hier zullen alleen de uitkomsten worden weergegeven. Het mannelijk Roode Kruis-personeel in Nederlandsch-Indië wordt onderscheiden in helpers en brancardiers. De helpers zijn evenals in Nederland geoefend in het verleenen van eerste hulp bij ongelukken (diploma E.H.b.O.) en in het doel matig transporteeren van de gekwetsten (diploma gewonden- vervoer) De brancardiers vormen een instituut speciaal gecreëerd voor Indië, daar het verkrijgen van een voldoend aantal personen met een algemeene ontwikkeling noodig voor het volgen van de op leiding tot helper en genegen zich daartoe te verbinden, in de practijk moeilijkheden opleverde. De brancardiers krijgen dezelfde opleiding in gewondenvervoer als de helpers, doch in een langzamer tempo van de E.H.b.O. wordt hen daarentegen niet meer dan de meest elementaire prac- tische handgrepen bijgebracht. De helpers (en brancardiers) van één afdeeling vormen tezamen de plaatselijke transportcolonne deze kan bestaan uit één of meer secties, dan wel uit een onderdeel daarvan. De transportsectie is hier evenals in Holland aangenomen als organisatorische eenheid. Haar personeelssamenstelling is evenwel aangepast aan de spe cifiek Indische omstandigheden, in dien zin, dat in Indië het 1040 J) „Rapport betreffende de in oorlogstijd te vervullen taak door het Nederlandsch-Indische Roode Kruis", samengesteld door Dr. P. N. Tissot van Patot, officier van gezondheid 2de klasse K.N.I.L., uitgave van het Centraal Comité van het Indische Roode Kruis.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1936 | | pagina 45