1171
baar zullen voorts gevechtsvlgn. binnen niet te grooten afstand worden
gereedgehouden.
De taak van de marine strijdkrachten is vooral beveiliging onder alle
weersomstandigheden door vaststelling en melding van vijandelijke ma
rinestrijdkrachten. Waar zij krachtig genoeg zijn kunnen zij ook de nadering
van deze krachten vertragen. Voorts zullen zij hindernissen aanleggen voor
de vijandelijke marine in den vorm van zelfwerkende mijnen en onder
zeeboot- en torpedonetten.
Voor wat betreft de luchtmacht dient alleen de waarnemingsvliegdienst
(verkenning en waarneming) permanent aanwezig te zijn. Er zijn nimmer
genoeg gevechtsvlgn. om elke haven hiervan voldoende te kunnen toe-
bedeelen. De bescherming tegen luchtaanvallen dient daarom te geschieden
door een sterke macht van gevechtsvlgn., welke centraal is gestationneerd
t.o.v. verscheidene havens. Bij een vijandelijken luchtaanval op zeer be
perkte schaal en daar waar de haven op te grooten afstand ligt van de
centraal gestationneerde luchtmacht zullen de plaatselijke ingedeelde lucht
strijdkrachten de verdediging op zich nemen.
De bulk van de kustverdediging wordt altijd gevormd door de kust-
artillerie. Haar hoofdtaak is het brengen van vuur op het water en in de
lucht, daarnaast de behandeling der van den wal te ontsteken mijnen, de
grondwaarneming over het water- en landgebied in en om de haven en
het verbindingssysteem tusschen de verschillende elementen van de ver
dediging (Dit slaat uiteraard op de Amerikaansche organisatie. T.).
S. eindigt met te wijzen op het uit de oorlogservaring gebleken zwakke
punt der kustverdedigingde bevelvoering welke nergens centraal was.
De samenwerking tusschen de verschillende organen eischt een centrale
bevelvoering S. pleit dan ook voor invoering hiervan bij de voornaamste
kustverdedigingen, althans voor oefeningsdoeleinden.
T.
Luchtverdediging.
In de 3e afl. van de Militarwissenschaftliche Rundschau (1936) behandelt
Oberst Frhr. v. Bülow „Die Luftverteidigung des Britischen Weltreiches".
Dit artikel geeft een goed inzicht in het verband, dat door Engeland is
gelegd tusschen politiek, weermacht en handel met als doel het in stand
houden van het wereldrijk.
Achtereenvolgens worden besproken
1. De taak van het luchtwapen bij de Rijks verdediging
2. Het Engelsche luchtverkeersnet als factor bij de verdediging van het
Rijk
3. De luchtverdediging van het moederland
4. Het Engelsche luchtwapen in het Middellandsche-zee gebied en het
nabije Oosten
5. Het Verre Oosten.
Tot het einde van den wereldoorlog was de Engelsche oorlogsmarine het
voornaamste weermachtsmiddel van het wereldrijk. Door de ontwikkeling
van het luchtwapen, waardoor het moederland binnen het bereik kwam te
liggen van van het vasteland van Europa startende vliegtuigen, was een
herziening van de Rijksverdediging noodzakelijk waarbij in het bijzonder
aandacht moest worden gewijd aan de luchtverdediging. Als taak werd hierbij
gesteld
1. het moederland verdedigen tegen luchtaanvallen
2. in de Middellandsche Zee een luchtoverwicht te scheppen
3. in het nabije Oosten tusschen de Middellandsche Zee en de Indische
Oceaan een wijd vertakte serie luchtoperatiebasis te vormen
4. in het Verre Oosten een verdedigingsdriehoek te scheppen tusschen
Singapore Hongkong en Port Darwin.