1178
Hier te lande heeft het vraagstuk der opleiding der Officieren van Ge
zondheid eveneens sinds een paar jaar in het centrum der belangstelling
gestaan, en zijn een reeks maatregelen getroffen, die de paraatheid van
onzen Militair Geneeskundigen Dienst voor zijn oorlogstaak waarborgen.
De opleiding hier te lande der reserve Officieren van Gezondheid is echter
nog een kwestie, die noodig nader overwogen dient te worden Duitschland
kan ons hier tot voorbeeld strekken. Men vraagt zich alleen af, of de
offers, die daar van den particulieren arts reserve Officier van Gezondheid
gevergd worden, de grenzen van rede en billijkheid niet overschrijden.
4e Session de l'Ojjice International de Documentation de Mêdecine Mi
litaire.
Het lijvige verslag der vierde, van 27 tot 30 Juni 1934 onder de auspiciën
van het Permanente Comité der Internationale Congressen voor Militaire
Geneeskunde, te Luik gehouden zitting van het Office International de
Documentation de Médicine Militaire, dat kortgeleden verscheen, is een
bloemlezing van zonder uitzondering belangwekkende militair-medische en
juridische opstellen over de meest actueele door de moderne oorlogsme
thoden gestelde problemen op genees- en rechtskundig gebied.
De animo voor dit in alle opzichten geslaagde congres is zeer groot
geweest. Er waren 350 deelnemers van dertig verschillende nationaliteiten.
28 Landen hadden hun officieele vertegenwoordigers gezonden, te weten
België, Brazilië, Bulgarije, de Congo, Engeland, Frankrijk, Griekenland,
Haïti, Hongarije, Italië, Letland, Litauen, Luxemburg, Mexico, Monaco,
Nederland, Paraguay, Peru, Polen, Portugal, Roemenië, Rusland, Spanje,
Tsjechoslowakye, Turkye, Uruguay, de Vereenigde Staten van Noord-Ame-
rika en Zwitserland. Ook het Roode Kruis was vertegenwoordigd. Daaren
boven hadden verschillende juridische instellingen, zooals o.a. de rechts
kundige faculteiten der Universiteiten Parijs, Lwow, Brussel, Leuven en
Luik hun afgevaardigden gezonden.
Het Congresverslag bestaat uit twee deelen. Het eerste deel handelt over
militair-medische vraagstukken, het tweede over de juridische aspecten
der zoogenaamde „Projets de Monaco".
Het is onmogelijk de verschillende artikelen, zonder al te veel aan hun
waarde afbreuk te doen in een kort referaat samen te vatten. Daarom wil
ik mij beperken tot de bloote opsomming der behandelde onderwerpen in
de hoop dat dit alleen reeds voldoende zal zijn vele onzer Officieren van
Gezondheid tot het lezen van dit belangwekkende document aan te sporen.
Deel I behandelt
1) De vaccinatie in de verschillende legers uit een oogpunt van wetgeving,
door Kolonel Dr. C. Zrunek (Tsjechoslowakye).
2) Regeling der gewonden- en ziekenverpleging gedurende den oorlog in
het achterland, door Kolonel Dr. Schickelé (Frankrijk).
3) De nieuwere inzichten in de wondbehandeling en de voorkoming van
wondinfectie, door de Kolonels Dr. L. Owczarewicz en Dr. T. Soko-
lowski (Polen).
4) De Geneeskundige Dienst bij gemotoriseerde afdeehngen in den be
wegingsoorlog, door Generaal Dr. Iüesco (Roemenië)
5) Organisatie en oefening van het geneeskundig personeel, meer speciaal
der brancardiers in het Amerikaansche leger, door Majoor Dr. F. A.
Blesse.
6) De door de aërophysiologie aan de jachtvliegerij gestelde limieten, door
den Officier van Gezondheid le klasse J. E. Brouwer, Chef van den
Vliegmedischen Dienst te Soesterberg (Nederland).
7) De internationale registratie van oorlogsverwondingen, door Kapitein
Dr. Cambresier (België).
8) Tactisch gebruik van ambulancevliegtuigen in een Europeeschen (be-
wegings)oorlog, door Kolonel Dr. Schneider (Frankrijk).