9. MEDEDEELING.
Gaarne geeft het Bestuur der I. K. V bekendheid aan het vol
gende ontvangen schrijven van het „Voorloopig Comité voor
deelname aan de ruiterolympiade te Tokio in 1940", welks stre
ven aller sympathie verdient.
1190
VOORLOOPIG COMITÉ VOOR DEELNAME AAN
DE RUITEROLYMPIADE te TOKIO in 1940.
Bandoeng, 31 October 1936.
OnderwerpMededeeling samenstelling voorloopig comité en oprichting
Olympiade - ruiterf onds
1) Ondergeteekende, voorzitter van het voorloopig comité ter
voorbereiding van de deelneming aan de ruiterolympiade in 1940,
heeft de eer U. H. (W.) E. G. mede te deelen, dat het comité voor
noemd zich op verzoek van het centraal comité voor de eoncoursen-
hippique in Ned.-Indië heeft gevormd en vertrouwende op den steun
en medewerking van vereenigingen en personen, die belang stellen
in de paardensport, zijn taak heeft aangevangen.
2) De samenstelling van het voorloopig comité is als volgt
luit. kol. cav. H. J. A. KAMPS, voorzitter,
ritm. K. J. SCHUMMELKETEL, secretaris,
de heer E. FITZ VERPLOEGH, penningmeester,
de heer G. MAKS, administrateur,
kap. gnl. staf. E. ENGLES, lid,
kap. adj. art. M. F. STENGER, lid,
de heer W. VOLZ, vertegenwoordiger der P. W. S.
de heer F. L. A. BOODE, vertegenwoordiger der W. S. S.
luit. kol. art. F. W. LAUPMAN, vertegenwoordiger der B. B. W. S.
en M. H. S. Weltevreden,
ritm. F. D. FOKKEMA, vertegenwoordiger der H. S. M.
kap. art. P. DOORNBOS, vertegenwoordiger der S. H. S.
luit. adj. cav. W. F. H. ANTHONIJSZ, vertegenwoordiger der
P. M. H. S.
3) Het ligt in de bedoeling dit Voorloopig Comité zoo spoedig
mogelijk uit te bouwen tot een definitief Comité voor de Ruiterolym
piade in 1940.
4) Geen uitvoerig betoog is noodig om aan te toonen, dat deel
neming van één of meer Ned.-Indische officieren aan de Olympische
Spelen te Tokio voor Ned.-Indië van groot belang is. Het betreft niet
meer of minder dan een kwestie van prestige van Ned.-Indië ten op
zichte van Japan. Ned.-Indische officieren mogen te Tokio in 1940
niet ontbreken.
5) Omtrent de verhouding Nederland Ned.-Indië met betrekking
tot deelname aan de Olympische Spelen kan, dank zij den reeds door
het C. C. N. I. verrichten arbeid, het volgende worden medegedeeld.
Het Internationale Olympisch Comité (I. O. C.), waarin zitting
hebben twee bestuursleden van elk aangesloten land, regelt de Olym
pische Spelen.
Nederland en Koloniën worden als een geheel beschouwd. Het
N. O. C. wordt door het I. O. C. als het nationale O. C. erkend en