van het front geruimen tijd aan den frontdienst onttrokken waren, werden tandartsen gedetacheerd bij de hoofdverbandplaatsen en veldhospitalen, welke dichter achter het front gelegen zijnzoo doende werd het tijdverhes door het aan de behandeling vooraf gaande transport beperkt. Op deze wijze was het mogelijk vul lingen en kleine technische werkzaamheden als het ware ambu lant in het operatiegebied te verrichten. Ook de kaakverwondingen kregen op deze wijze vroegtijdig tandheelkundige hulp. Het grootste deel van de werkzaamheden van den tandarts heeft voor wat betreft het operatiegebied plaats in het veldhospi taal, en voor wat betreft het achterland in het evacuatiehospitaal. Dichter aan het front en ter hoofdverbandplaats zou echter, zooals we reeds zagen, zijn hulp ook van groot nut kunnen zijn. Ideaal is natuurlijk dat tandheelkundige hulp te velde steeds daar snel kan worden gebracht waar dit noodig is. In het Duitsche leger was, om aan dit desideratum tegemoet te komen, tijdens de laatste jaren van den wereldoorlog tot motoriseering van de tandheelkundige afdeeling te velde overgegaan. In Duitschland waren gedurende den oorlog bovendien een aanzienlijk aantal tandartsen als gewoon vrijwilliger in dienst ge komen. Deze verleenden bij voorkomende gelegenheden eerste hulp bij tandzieken in de loopgraven. Ze hadden uit den aard der zaak slechts een zeer beperkt instrumentarium tot hunne be schikking en met de asepssis kon het ook al niet zoo nauw ge nomen worden, daar men blij moest zijn met een pannetje water dagelijks, dat dikwijls nog met levensgevaar moest worden gehaald. Meer naar achter was de toestand iets beter. Hier was de reserve stelling met haar meerdere geneeskundige hulp en materialen. De bataljonsartsen hadden een klein bestek voor eerste hulp bij tand zieken, waaronder zelfs injectiespuit, cementen en pulpadoodende middelen. Bij een bewegingsoorlog is de aanwezigheid van een tandarts op de hoofdverbandplaats naar onze meening een noodzakelijkheid. In een stellingsoorlog is waarschijnlijk het veldhospitaal de aan gewezen plaats. Het werk van den militairen tandarts in oorlogstijd zal bestaan uit le. behandeling van kaakverwondingen, fracturen enz. 2e. conserveerende tandheelkunde. Het spreekt vanzelf dat voor deze twee geheel verschillende werkzaamheden ook verschillende behandelingskamers eventueel verpleegruimten noodig zijn. In den stellingoorlog kan men de tandheelkunde als het ware in onbeperkten zin doorvoeren, ook wat betreft conserveerende methoden. In den bewegingsoorlog moet men bedenken, dat deze tijdroovende en gecompliceerde methoden met haar verschillende technische noodzakelijkheden niet 21

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 23