2
Op grond van de overweging, dat de compagnieën twee maal de sterkte
der te bezetten veldpolitiedetachementen dienen te hebben, zulks met het
oog op de aflossing en de aanvulling van vacatures, kon aan de formatie
van de marechausseecompagnieën (170 ongegradueerden) niet worden vast
gehouden en ligt de sterkte der compagnieën aan ongegradueerden thans
tusschen de 160 en 200.
Het W. J. der I. K. V. van 1935 vermeldt ter zake nog
De tewerkstelling van de helft der marechausseecompagnieën als veld
politie onderging in 1935 geen wijziging. T.a.v. de aflossing werd bepaald,
dat voortaan om de 9 maanden de helft van de als veldpolitie tewerkgestelde
marechaussee's zal worden afgelost, m.u.v. de commandanten van detache
menten en gedetacheerde gedeelten, die telkens na 1% jaar zullen worden
vervangen. Voor de eerste maal geschiedde de aflossing in begin October
1935.
In 1936 zal wederom een politioneele opleiding voor officieren, kader,
motorrijders en monteurs noodig zijn.
In politioneel opzicht bleven de diensten van de marechaussee's als veld
politie goed voldoen. De ervaring met de in 1935 in militair verband terug-
keerende marechaussee's opgedaan was niet beneden de verwachting. Het
geen aan militair technische vaardigheid was ingeboet werd spoedig
herkregen.
Aangezien het leger de helft van de marechaussee's slechts noode mist,
feitelijk niet kan missen, wordt verlangend uitgezien naar het tijdstip,
waarop deze crisismaatregel kan worden ingetrokken. Temeer doet zich de
behoefte aan uitbreiding van de 6 halve compagnieën mar. gevoelen, nu ook
voor militaire politietroepen waarschijnlijk een beroep op dit korps zal
moeten worden gedaan.
Korten tijd voor het overnemen van de veldpolitiedetache
menten door de marechaussee's deed de Legercommandant een
schrijven uitgaan, waarin o.m. vermeld was, dat de betrokken
militairen er op gewezen dienden te worden, dat van hen ook
in htm nieuwe functies de grootst mogelijke tact, toewijding en
plichtsbetrachting werd verwacht en dat zij zich in het bijzonder
rekenschap moesten geven van de nieuwe verhouding, welke
tusschen hen als fungeerende politieambtenaren en de organen
van het civiel bestuur werd geschapen.
Het is mij niet geheel bekend, hoe bedoelde verhouding in de
overige residentie's op Java is zeker kan echter worden gezegd,
dat inderdaad met groote nauwgezetheid en soepelheid de mili
tairen de hun opgedragen ongewone werkzaamheden hebben vol
voerd.
Na een aflossing van een detachement kost het de eerste
maanden wel een beetje moeite om de marechaussee's die soepel
heid bij te brengen. De politie toch werkt veelal preventief
menigmaal kan met een waarschuwing worden volstaan en is het
niet noodig ja zelfs ongewenscht dadelijk een proces-verbaal
op te maken, indien een persoon een overtreding begaat. Dit
moest den militairen worden bijgebracht. Omgekeerd moesten