50 6. UIT DE VAKTIJDSCHRIFTEN. Tactiek. Pantserjagers. O Dat het vraagstuk van de bestrijding van pantser-eenheden door de pantserjagers nog niet is opgelost, blijkt wel uit de artikelen in het M.W. van Sept. en Oct. 1936. Het recept „pantser tegen pantser" wordt slechts noodgedwongen aanvaard de tanks zijn in de eerste plaats ingericht en bewapend om ongepantserde troepen te bestrijden slechts voor zelfverde diging wordt soms een pantserdoorborend wapen van klein kaliber (2 cm 3,7 cm) ingebouwd. Algmeen is het oordeel„ein gelandegangiges Fahrzeug auf Raupen, ausgestattet mit einer starkeren und damit sehr langen und schweren panzerbrechenden Waffe würde ein Mammut sein." De pantser- jager, die thans alleen nog maar op papier bestaat, moet voor den strijd tegen pantsereenheden de volgende bijzondere eigenschappen bezitten 1. Een bijzonder krachtige bewapening. Schootsafstand en trefzekerheid gunstiger dan bij alle wapens van de bestaande tanks. Vlakbaanvuur, opdat zonder vizierwijziging, de vij. gepantserde doelen in de bestreken ruimte blijven. Korte vluchttijd en groote vuursnelheid bewegende doelen moeten kunnen worden gevolgd. Doorslagvermogen tegen de zwaarste voor vewn. en paun. bruikbare pantsers op afstanden, waarop vij. wapens nog niet kunnen vuren. Hiervoor is noodig, een zeer lang kanon van 5, wellicht 7,5 cm, dat steeds vuurbereid is, ook in beweging zijnde dus „Selbstfahrlafette". 2. Groote snelheid. Sneller dan bestaande tanks, ook langs de wegen. Aan dezen eisch kan slechts worden voldaan, door beperking in andere opzichten. 3. Gelandegangigkeit. Een pantserjager moet zoo „gelandegangig" zijn, dat hij die punten, van waaruit hij met zijn machtig wapen de vewn. kan bestrijden, snel kan bereiken. 4. Pantsering. Beperking is noodig en mogelijk, wanneer de pantser jager een wapen heeft, als onder 1 aangegeven beveiliging tegen mitr. vuur en scherven van art. vuur moet voldoende zijn. 5. zegt verderIn deze richting ontwikkeld, is een pantserjager een uitgesproken „Fernkampfmittel" tegen vij. tanks hij blijft kwetsbaar voor de vij. nabij verdediging, doch een „Madchen für alles" krijgen we zelden in de wapentechniek. Twijfel wordt uitgesproken betreffende de technische uitvoerbaarheid van een dergelijke constructie. Hoewel de techniek meer moeilijkheden heeft opgelost, kunnen we de conclusie van blz. 893 I.M.T. voorloopig handhaven. In het Sept. nummer wordt als bezwaar naar voren gebracht, dat pantser wagens een te gespecialiseerd onderdeel vormen. Tanks kunnen wel als afweerwapen optreden, doch pantserjagers kunnen niet de taak van tanks vervullen. J) Zie ook I.M.T. 1936 nr. 9, blz. 892.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 56